We zitten in Lijfland, de oude naam voor een gebied in de Baltische landen dat oorspronkelijk ruwweg de huidige staten Estland en Letland besloeg. Later werd de naam gebruikt voor een kleiner gebied, namelijk het noorden van Letland en het zuiden van Estland; peanuts! Het land is genoemd naar de Lijven die het gebied bewoonden maar langzaam maar zeker opgegaan zijn in de Letten en het Lijfs is nu vrijwel uitgestorven. Vertelde ik gisteren dat de Litouwers zelfstandig konden blijven door zich massaal te laten dopen, de geschiedenis van Lijfland (dus van Estland en Letland) werd in hoge mate bepaald door een voortdurende strijd tussen Duitse ridderorden, kerkelijke heersers, Denen, Zweden, Polen, Litouwers en Russen. Na veel getouwtrek werd het land uiteindelijk door Rusland ingelijfd (1721 of zo); bij al dat landjepik bleef de adel de touwtjes en het land in handen houden; het was hen min of meer om het even aan welke vorst ze belasting moesten betalen, als het maar niet te veel was. Toen na de Eerste Wereldoorlog Lijfland verdeeld werd in de zelfstandige staten Estland en Letland was het eerste wat de nieuwe regeringen deden de landerijen nationaliseren: 90 procent was tot op dat moment in handen van de adel. Bijgaande kaart laat Lijfland zien eind zestiende eeuw.
Letland
estland
zondag 11 juli; @ pärnu (estland)
Jawel, weer een reisdag. Maar niet te vlug vertrekken, want op onze eerste stop doen ze de poorten pas om 10.00 uur open. Uitgebreid ontbijten dus op camping Labirinti en om een mooi begin aan de dag te maken vertelt de reisleidster dat ze een appje heeft ontvangen van vaste lezeres J te L, waarin ze vermeldt dat ze elke dag uitkijkt naar mijn hersenspinselen op dit blog. Schrijf ik toch niet voor de kat z’n viool. Dank vaste lezeres J te L, ik zal proberen mijn best te blijven doen.
De A7 op naar Rīga. Net achter Rīga (inderdaad: officieel een i met een streepje) bevindt zich het Etnografisch Openluchtmuseum van Letland (Etnogrāfiskais brīvdabas muzejs) in de bossen aan de oever van het Jugla-meer. De doelstelling van dit museum is om te laten zien hoe er ruwweg tussen 1600 en 1900 in Letland geleefd werd. Na de onafhankelijkheid (1991) is er een nieuw complex toegevoegd met Lets erfgoed uit de jaren 1920 en 1930, een periode waarin landbouwhervormingen het Letse platteland hervormden. Het was een flinke tippel om de 124 bouwwerken te bekijken en eerlijkheidshalve moet ik vermelden dat we ongeveer 60 procent gezien hebben. Meestal van de buitenkant, want omdat we aan de vroege kant waren moesten de vele vrijwilligers die ambachtslieden moeten voorstellen hun plekje nog innemen en waren aan het begin van onze tour vrijwel alle gebouwen nog gesloten. De eerste kerk (van de vele) die we tegenkwamen was wel geopend, maar niet toegankelijk: er was een dienst bezig. W mompelde iets van “ze kunnen dit beter een CLOSED-air-museum noemen”. 6000 stappen later konden we geen houten gebouw meer zien: interessant, maar veel van hetzelfde. Wel een leuke wandeling om de zondagmorgen te beginnen.
De reisleidster had een tweede stop gepland en wel bij het Münchhausen Museum in Dunte (aan de A1 op weg naar de grens met Estland). Het museum is gewijd aan de “leugenbaron” Hiëronymus Karl Friedrich von Münchhausen. Toen we er aankwamen hadden we geen zin meer in een wandeling langs allerlei beelden van Münchhausen (de stappen door het bos waren nog te voelen), een bezoek aan het museum binnen was ons al eerder afgeraden en voor de schitterende speeltuin zijn we een beetje te oud. Münchhausen is de man die zichzelf aan zijn eigen haren uit de put trekt en die een andere keer op een afgeschoten kanonskogel springt om in een vijandelijk kamp te kunnen spioneren. Toen we onze tocht vervolgen zagen we veel Münchhausenfiguren in een parkje staan. Niks gemist.
De route ging vandaag pal noord, Riga zelf hebben we geskipt, voorlopig genoeg steden gezien. Misschien hebben we er op de terugweg nog tijd voor en zin in. Om de temperatuur hoefden we het niet te laten, het maximum lag zo’n 6 graden lager dan gisteren. Ook de grens met Estland konden we zonder problemen passeren, aan de andere kant werden wel controles uitgevoerd. We zien het wel op de terugreis. Na de grensovergang was het nog zo’n 70 kilometer naar Pärnu, waar we bij de poort van de eerste camping meteen zijn omgedraaid: veel te veel in de binnenlanden en 12 kilometer van Pärnu verwijderd. Het is uiteindelijk Karavan Kämping Konse geworden (code campercontact 8.769), een wereld van verschil met onze laatste camping en niet alleen in prijs. Beetje rommelig zooitje, maar zoals een Fin schreef: “Siistit suihkut ja vessat. Lyhyt matka kaupungille, mutta melko kallis”. Iets met schoon sanitair en dicht bij de stad, maar veel te duur. En toch wemelt het hier van de Finnen.
We sloten de middag af met een waar cadeautje: een fietstocht langs de kust. Het water schijnt de Golf van Riga te heten. Pärnu is het Zandvoort van Estland, het was zondag en 26 graden, dus je kunt raden hoe druk het was aan zee. Een stuk verder hadden we weer alle ruimte. En morgen? Morgen is er weer een dag, we hebben twee nachten geboekt: een rustdag (maar wie W kent weet hoe betrekkelijk een rustdag is). En dan ongetwijfeld meer over Pärnu.
V:
160.559 rijtemperatuur: 22 – 26 gr 6800 stappen open-lucht-museum 22 km fietsen |
|
Wifi-verbinding:
wisselend tussen de 0 en 93 % Karavan
Kämping Konse 26 € all-in |