nazomerreis 2021 – 12: vogels kijken

Even de post. S te K reageerde op de skinny-dip-foto van gisteren met de opmerking “een zeldzame rose flamingo”, het verwondert me dat ze niet schreef “een zeldzame, goed doorvoede rose flamingo”.

Dan een vraag van M te Z: “Waarom sta je op een camping en niet op een camperplaats?”. Hierop is het antwoord vrij simpel. In Saintes-Maries-de-la-Mer heb je drie camperplaatsen: Camping Car Plage Est, Camping Car Plage Ouest en Aire de Camping-Car; alle 13 €, maar zonder voorzieningen (je kunt alleen de inhoud van je potje kwijt en water innemen). Daarnaast tref je er twee campings aan die het ACSI-tarief hanteren namelijk La Brise (18 €) en Close du Rhône (20 €). Voor een paar euro meer heb je de beschikking over een luxe zwembad, sanitairgebouwen en wat meer ruimte rond je campertje. Vandaar die keuze! Kan me voorstellen dat ik er in het hoogseizoen anders over ga denken wanneer ze op campings hoofdprijzen vragen. En dan nog één ding: stinken doet het er vrijwel overal als de wind verkeerd staat: omdat je hier omringd bent door moerasgebieden hebt de walm van rotte eieren hinderlijk zijn. Ook de vele paarden die hier toeristen op hun rug mogen dragen willen nog wel eens meuren. Naast de vijf genoemde overnachtingsplekken voor camperaars heb je ook nog een aantal plaatsen waar je (al of niet tegen betaling) je camper overdag kwijt kunt. Allemaal goed geregeld hier.

vrijdag 10 september: @ les saintes-maries-de-la-mer

Een mals regenbuitje trok vanmorgen over. Gelukkig voor W werd het niet echt een huttendag, zo’n dag waarop je uit verveling uiteindelijk maar gaat rummikubben en alle zeilen moet bijzetten om je huwelijk te redden op die paar vierkante meter die een camper je biedt. Ik heb de vroege ochtend doorgebracht om een beetje te surfen over het wereldwijde web en kwam weer prachtige krom-uit-het-Frans-vertaalde zinnen tegen. Wat vind je van dit exemplaar? “Het is op deze paden dat elk seizoen zijn deel van de ontdekkingen onthult en brengt en waar de cycli van de fauna en flora te zien zijn. Zowel voor amateurfotografen als voor ornithologen is de Camargue een bevoorrechte plek om het hele jaar door vogels te kijken."

Je krijgt dan toch onmiddellijk behoefte om af te reizen naar het ornithologisch park Pont de Gau, op fietsafstand van de camping?

Nog zo’n stukje: “Het ornithologische park Pont de Gau is de ideale plek voor het ontdekken, observeren en fotograferen van vele soorten vogels, waaronder honderden roze flamingo's, in hun natuurlijke omgeving. Vijver, moerassen, grasvelden, roubines, rietvelden en sansouïres vormen dit uitgestrekte gebied van 60 hectare dat volledig is gewijd aan de ontdekking van de natuur en de vogels van de Camargue. Het is langs de paden van het park, waar alleen het gezang van de vogels komt om de stilte van de plaats te onderbreken, dat je vogels, zelfs dichterbij, kunt observeren die je volledig lijken te negeren. Het voordeel van Pont de Gau is de verbazingwekkende nabijheid tussen de bezoeker en de natuur: hier zijn het de mensen die opgaan in de wereld van vogels!” Moet ik natuurlijk wel even de moeilijke woorden “vertalen”. Een roubine is een irrigatiekanaal en een sansouïre een stuk land dat bij hoge vloed onder (zee)water komt te staan en daardoor zeer zout is. Weer wat geleerd.

In het Parc Ornithologique de Pont de Gau worden gewonde vogels opgevangen, maar veel belangrijker: wilde vogels worden gevoerd, waardoor je ze van heel dichtbij kunt bewonderen. En omdat de vogels er gewend zijn aan mensen, blijven ze nog zitten ook. Misschien een beetje nepperig, maar ja een dierentuin is dat ook. En ongetwijfeld zullen er wel een paar gekortwiekte vogels rond huppelen, maar dat kan de pret niet drukken. We hebben er mooi gewandeld en geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een flamingo te adopteren. Natuurlijk via een omtrekkende fietsbeweging daar aanbeland. Helaas was weer eens een van onze beoogde paden totaal onbegaanbaar, zodat we na 17 kilometers landweg de grote weg moesten opzoeken en die ook nog eens 17 kilometer mochten volgen. Zo’n zoef-zoef-weg waarbij je blij bent dat je heel overgekomen bent. Totaal gefietst: 44 kilometer.

Gisteren waren we te laat om timbres te scoren op het postkantoor, dus vandaag terug naar het stadje. Zonder zegeltjes doet de post haar werk niet. Het postkantoor ligt tegenover het gemeentehuis en daar was ook markt. Je kon er over de koppen lopen, dus voor ons geen marché vandaag. Wel even een paar plaatjes geschoten in het dorp. Je kunt niet om de Notre-Dame-de-la-Merkerk heen, gebouwd in de 12e eeuw en versterkt in de 15e eeuw, Het was niet alleen een kerk maar tevens schuilplaats voor de bewoners als er weer eens een bende zeerovers het gebied kwam plunderen, eerst waren het de Vikingen en later de Saracenen.

Tegen vieren in de ruststand: biertje erbij, W even zwemmen (de zon kwam voorzichtig tevoorschijn) en voor je het weet is het weer tijd om te koken.

Een mooie dag. En morgen? Morgen is er weer een dag, W heeft bijgeboekt tot zondag. Met een beetje geluk maken we er morgen een stranddag van, afgewisseld met wat fietswerk.

in de ochtend regen, later op de dag trok het zwerk open; temperatuur max 27 graden

Wifi-index: 96 %; netwerk F SFR Camping La Brise, Saintes-Maries-de-la-Mer; code campercontact 8166; met ACSI-kaart 18€ plus een paar cent toeristenbelasting