Onregelmatige lezer G te W vroeg zich af wat ik toch had met die koffiefilters-4. Simpel G te W: heb je wel eens geprobeerd in een filterhouder-4 een koffiefilter-2 te plaatsen en dan te proberen zonder knoeien en – wat erger is – later prut in je kopje, water op te gieten? Er zijn maar een paar attributen die we ruim van huis meenemen: koffie van het merk K&G (heb vroeger regelmatig van die zandsmaakkoffie in het buitenland aangeschaft), ecologisch afwasmiddel van het merk Klok, een pak pannenkoekenmix en de juiste hoeveelheid houdbare melk (voor de echte noodgevallen), een pak “dun” toiletpapier voor de camperwc, een paar blikjes groente en vis en inderdaad koffiefilters-4. Laat ik nu de laatste keer de verkeerde maat in het boodschappenwagentje hebben gegooid.
dinsdag 14 september: @ neufchateau
Een blik op de weerkaarten maakte ons duidelijk dat we in het zuiden de komende dagen niet al te best weer moeten verwachten. Helder: verkassen naar het noorden. Aanvankelijk stond Langres “geprikt”. Nu kun je op verschillende manieren van Avignon in Langres komen, Frankrijk heeft daarvoor een mooi wegennet. Voor de duidelijkheid: dat wegennet bestaat uit verschillende lagen. De hoogste laag wordt gevormd door de Autoroutes (met een A-nummer), hiervoor moet meestal tol worden betaald. De tweede laag zijn de Routes nationales (met een N-nummer), dit zijn doorgaande wegen die beheerd worden door de Franse staat. De derde laag zijn de departementale wegen met een D-nummer, beheerd door de departementen. De onderste laag zijn de lokale wegen (routes communales met een C-nummer). Wil je opschieten dan moet je tol betalen: over N- en D-wegen gaf onze routeplanner van Avignon tot Langres een reistijd van meer dan 7 uur, via de tolwegen minder dan 5. Ooit hebben we een keer het stuk rond Lyon “gratis” gereden, dat was een ramp. Vooruit dan maar: in de buidel tasten (60 €) en opschieten maar.
Tijdens ons ritje vond W dat het aardig druk was en dat de Franse staat op deze manier behoorlijk wat euri in de staatskas kreeg. Uiteindelijk wordt die staatskas wel gevuld, maar niet meer direct door het innen van tolgelden. Aanvankelijk was de overheid wel eigenaar van het tolweggebeuren. In 1961 werd de Sociéte de l’autoroute Paris Lyon opgericht, die tot taak had de A6 aan te leggen. Dit was in 1971 voltooid. In 1975 werd de naam veranderd in Sociéte des autoroutes Paris-Rhin-Rhône (SAPPR) omdat er ook op andere plekken asfalt werd gestort. In het eerste decennium van deze eeuw werd het tolgebeuren geprivatiseerd en ontstond de APPR (en ook dochteronderneming AREA die in de Alpen haar werk doet). De Franse staat heeft haar belang in de APPR verkocht. De staat verdient dus aan de tolwegen door het innen van concessierechten.
“Weet je wel wat ik zou willen zijn?” vroeg W terwijl we door de tunnels van Lyon reden. Ik begon meteen te brullen “een bloemetjesgordijn” en dat lied kregen we tot aan Dijon niet meer uit ons hoofd. Voor de jeugdigen ons die niet met Wim Kersten en de Viltjes zijn grootgebracht hier het refrein:
Weet
je wat ik wel zou willen zijn
Een bloemetjesgordijn, een
bloemetjesgordijn
Van het plafond tot op het raamkozijn
Een
bloemetjesgordijn, een bloemetjesgordijn
En alle dagen hangen
lekker in het zonnelicht
Met bloemen op m'n hele lijf en ook op
m'n gezicht
Weet je wat ik wel zou willen zijn, een
bloemetjesgordijn
Regelmatig gestopt (wanneer het niet regende) voor een broodje, een sapje en een bakje koffie (gezet met koffiefilter-4).
Na Dijon afrit 5 van de A31 om op één van de mooiere wegen van Frankrijk te komen, de D74 en/of D974, de vroegere N74 die haar doorgaande rol verloren heeft door de komst van de autosnelweg A31. Mooi rijden op een weg op zijn Frans: met ellenlange stukken asfalt langs graanakkers en velden met uitgebloeide zonnebloemen, van het ene kleine dorpje naar het andere met af en toe een kern waar ze naast een kroeg ook nog een apotheek, een tabac en een postkantoor hebben. Plaatsjes waar school en gemeentehuis in één gebouw zitten. Ik kan daar ontzettend van genieten. Ons oorspronkelijk doel Langres werd bijgesteld tot Neufchateau (zo’n 70 kilometer verder), hoeven we morgen minder ver en Neufchâteau kennen we nog niet. “Welke Neufchâteau wil je hebben?” vroeg W, ze had er 14 in de aanbieding. Ze had gezocht naar Châteauneuf, toch ongeveer hetzelfde? Er schijnt maar één Neufchâteau te zijn in Frankrijk (en ook eentje in België). Ideetje voor een nieuwe trip: een tochtje langs alle Châteauneufs van Frankrijk! Het werd uiteindelijk Camping Intercommunal de Neufchâteau, een mooie groene camping. Prima plaatsen, super schoon en modern sanitair, broodjesservice en een vriendelijke ontvangst. Kortom: een prima camping voor één nacht (en misschien wel voor meer). W moest nog even de benen strekken, ik had voldoende beweging gehad door regelmatig de pedalen te bedienen en te schakelen. Ze kwam tot de ontdekking dat ook Neufchâteau een kerk had en dat de klok op tijd liep en dat het verder "een gat van niks" was. Je ziet aan de foto dat het weer aardig is opgeklaard.
Ondanks de lange zit een mooie dag. En morgen? Morgen is er weer een dag, dan proberen we Nederland te bereiken. Gokje: Ittervoort!
V:
167.012 rijtemperatuur stuiterend tussen 19 en 25 graden |
wisselvallig, we doorkruisten een regenfront; later op de dag droog |
Wifi-index:
79 %; Camping Intercommunal de Neufchâteau, campercontact 78.114; € 16.80 all-in |