noordpolderzijl

noordpolderzijl

vrijdag 22 juli 2022

zomerreis 2022 – 25: een lange zit

Besluit je de veerboot van Rødby naar Puttgarden te nemen en ben je bezig met het boekingsproces, blijken intussen alle tickets voor de afvaarten voor deze dag uitverkocht te zijn, nou ja: de afvaarten die voor ons een optie zijn dan. Vreemd. Zo heb je nog diverse mogelijkheden tot je beschikking tussen 12.00 en 16.00 uur, in een tijdsbestek van nog geen kwartier: alles weg. En na vier uur 's middags pas varen vind ik te laat, het is namelijk maar anderhalf uur rijden naar Rødby, zit je een halve dag uit je neus te consumeren. Dus werd het de brug. Is een paar kilometer meer maar een paar Euro goedkoper. Prijzen van veerboten en bruggen: je kunt er toch geen touw aan vastknopen. We hebben voor onze heenreis een overtocht geboekt die ruim zes uur duurde (Rostock – Trelleborg) voor de somma van € 104,00 (had ik een weekje eerder geboekt dan was het nog een tientje minder geweest. Het tochtje Rødby – Puttgarden (drie kwartier op de boot) zou € 123,00 gaan kosten. Klopt: personenauto's betalen minder, maar ben je maar één centimeter langer dan zes meter dan mag je over het algemeen het dubbele tarief betalen en ja, de trekhaak wordt meegerekend.

De Storebælt, in het Nederlands de Grote Belt, is een water dat de Deense eilanden Fyn (Funen) en Sjælland (Seeland) scheidt. Eeuwenlang kon je alleen met de boot de oversteek maken maar sinds 1997 liggen er bruggen (en een spoortunnel): treinen kon je vanaf dat jaar, met de auto de brug over een jaartje later. De verbinding is 18 kilometer lang en verbindt Nyborg (via het eilandje Sprogø) met Korsør. Onlangs nog in het nieuws geweest: op 2 juli van dit jaar ging de tweede etappe van de Tour de France (Roskilde naar Nyborg) over deze brug.  Voor wie het gemist heeft: de 2e etappe van de Ronde van Frankrijk liep uit op een sprint. Wout van Aert leek op weg naar de zege, maar Fabio Jakobsen kwam in de laatste meters langszij. Van Aert heeft een mooie troostprijs: geel. Uiteindelijk kostte de aanleg van het bruggen- en tunnelcomplex met de mooie naam Storebæltsbroen circa 4,2 miljard euro en je raadt het al: om deze terug te verdienen wordt (een niet misselijke) tol geheven. Och: creditcard in de gleuf en over een maand wordt er wel afgerekend. Foto hieronder geleend van Wikipedia, fotograaf: Rob Koster – het is maar dat je het weet en omdat zijn naam vermeld moet worden. Foto hierboven: zoals W de brug zag. 


 

vrijdag 22 juli: @ bremervörde

Na vier schitterende dagen op Tysmosen wordt het tijd om op te breken. Langzaam richting de Achterhoek. Het is het juiste moment om te vertrekken: na vier verschrikkelijk mooie dagen (weertechnisch gezien) krijgen we nu even een dipje. Geen dertig graden meer, maar vanmiddag net boven de twintig en een paar drupjes. We hebben het hier goed naar onze zin gehad: rustige dagen, maar ook een dag met kabaal makende kleine kinderen. Moet allemaal kunnen. Het lijf weer in de lappen en kijken of de cruise control het nog doet. Had eerder deze week geprobeerd een foto te maken van de markante wegwijzer op de camping, maar die is mislukt door een verkeerde lichtinval (zon weet je wel). Dus maar een foto geleend van kampeermeneer.nl, vindt de goede man best goed.

Een lange zit vandaag. Om acht uur vertrokken en om zeven uur stond Puzzel geparkeerd op de camperplaats in Bremervörde. Inderdaad: om een file van een half uur bij Hamburg te vermijden stonden we ruim twee uur te wachten bij de pont Glückstadt – Wischhafen. Het is inderdaad kiezen uit twee kwaden. Uiteindelijk ruim 400 kilometer op de teller, maar dan heb je ook wat. De Lidl in Taastrup gezien (statiegeld doneren en een broodje kopen), de Storebælt “gedaan” (voor de Tour leggen ze het verkeer stil, voor ons niet), Odense geschampt, Kolding van verre gezien (toen zaten we al op Jutland), de grens met Duitsland overgestoken via een “binnenweg”, want we wilden boodschappen doen in Flensburg noord. Stond er aan de andere kant een verschrikkelijk lange file: grenscontrole! Normaal gesproken kunnen inwoners van de Europese Unie vrij reizen tussen de 26 Europese landen die vallen onder het Schengengebied. Dat betekent dat je zonder het tonen van een paspoort of identiteitskaart de grens kunt oversteken. Tijdens de coronapandemie voerden veel Schengenlanden grenscontroles in om zo de verspreiding van het virus tegen te gaan. Niet lang geleden lieten de meeste landen deze controles weer los, maar inmiddels hebben Oostenrijk, Denemarken, Duitsland, Noorwegen en Zweden ze heringevoerd. Ditmaal niet vanwege corona, maar vanwege de oorlog in Oekraïne. De betreffende landen zijn van mening dat er een risico bestaat dat wapens en/of personen de EU binnenkomen die een bedreiging kunnen vormen.

Het was gezellig in het busje: normaal ben ik van de details en W van de grote lijnen, vandaag was het andersom. "Waarom hebben Deense kentekens een witte achtergrond, sommige een gele en een enkeling wit/geel?" merkte ze op. Natuurlijk kun je dat opzoeken, Google is je beste vriend. Omdat we tijd genoeg hadden lieten we onze gedachten de vrije loop na veel auto’s en vrachtwagens geobserveerd te hebben. W kwam tot de conclusie dat het iets met zakelijk en privé rijden te maken moest hebben, immers: alle vrachtwagens hebben een gele kentekenplaat. Ik dacht dat het een belastingtechnische aangelegenheid was. Laten we nu toch beiden gelijk hebben: voor privérijders bestaat het kenteken uit twee letters en vijf cijfers. De zwarte letter- en cijfercombinatie staat in een rood kader op een witte achtergrond. Commerciële kentekens bestaan in Denemarken uit zwarte cijfers en letters op een gele achtergrond. Auto's die zijn uitgerust met dergelijk kenteken mogen ook voor privédoeleinden gebruikt worden maar daarvoor moet de bestuurder van de auto een extra belasting betalen. Sinds 2008 zijn er ook kentekenplaten die half commercieel zijn en half privé, ook wel bekend als Papegøje-plade (papegaaienplaat). Deze platen zijn half geel en half wit. De kleur van het kenteken bepaalt dus hoeveel belasting die de gebruiker moet betalen. En zo ben je weer een uurtje verder.



Betaalbare prijzen in de supermarkt in Duitsland. Denemarken viel wat dat betreft erg tegen: duur! Zweden daarentegen is ons boodschappentechnisch behoorlijk meegevallen, met uitzondering van de diesel en de drank (ook het “supermarktbier”). Zweden kent drie soorten bier:
lättöl (light bier met een maximum van 2,25 % alcohol), folköl (volksbier, tussen 2,3 en 3,5 %) en starköl (zwaar bier, dat alleen in de staatsslijterij gekocht kan worden).

Op weg naar de veerboot over de Elbe verwonderden we ons over de aankondiging “Elbfähre”, volgens ons moest dat “Elbefähre” zijn. Te vroeg verwonderd: later kwamen we ook de laatste term tegen. Het was ontzettend druk bij de boot: veel vakantiegangers proberen de fileproblemen rond Hamburg te vermijden, maar ik had al verteld dat de “Elbefähre” ook niet zaligmakend is. Het was wel een leuk tochtje: met een snelheid van maximaal 17 kilometer per uur staken we de Elbe over die hier zo’n 3,5 kilometer breed is. Het was laag water, dus de modderbanken waren goed te zien: Elbe is een getijderivier. Bij Glückstadt is de Elbe (Labe, Łobjo of hoe zij ook in andere talen genoemd wordt) bijna aan het einde van haar Latijn. Begonnen in het Tsjechische Reuzengebergte loost ze na ruim 1.000 kilometer haar water in de Noordzee. 





Een kleine elf uur na ons vertrek konden we ons ankerbiertje “ploppen” op camperplaats “Vörder See” in Bremervörde (code Campercontact 587). Niemand meer bij de receptie, dus morgenvroeg maar even betalen. Plek zonder stroom, dus koelkast op gas en de laptop aan de omvormer. Flexibiliteit siert de mens.

V: 182.061; A: 182.563. Rijtemperatuur tussen 16 en 19 graden. Overwegend zwaar bewolkt, af en toe een spettertje. Zon op/onder: 05:23/21:36 (de nachten worden weer een stuk langer). Eigenlijk best een mooie dag, ondanks de lange zit en veel gezien. En morgen? Morgen is er weer een dag. Blijven, verkassen? We zijn het er nog niet over eens.