noordpolderzijl

noordpolderzijl

maandag 15 september 2025

najaarstocht 2025 - 23: vincent was here

Of we wat van Vincent van Gogh meegekregen hadden, wilde S te K weten. Moest even diep in mijn geheugen graven en toen schoot me een les kunstgeschiedenis op de kweekschool te binnen. Moeders Rienks (lerares daar in de jaren zestig) heeft behoorlijk wat trauma’s bij me nagelaten, maar soms komt er ook nog iets goeds bovendrijven. Ooit heeft ze een les gewijd aan “de kleuren van Vincent“ en ze nam daarbij een aantal schilderijen als uitgangspunt die de schilder gemaakt heeft in juni 1888 toen hij het vissersdorpje Saintes-Maries-de-la-Mer bezocht. Vanaf Arles waar hij toen woonde is het maar 40 kilometer naar het zuiden, maar per koets door de Camargue een hele klus. 


Een week later (eigenlijk maar vijf dagen) keerde hij terug naar Arles met negen tekeningen en drie schilderijen. In zijn atelier werkte hij diverse tekeningen uit tot verfstukken. Een paar van zijn werken heb ik hier weergegeven. Terug naar de vraag of je nog wat terugvindt van Vincent. Niet echt veel, al schijnt er elk jaar in juni de “Semaine Van Gogh” plaats te vinden met allerlei activiteiten zoals gidswandelingen “Sur les traces de Van Gogh”. Zal je verder niet lastig vallen met termen als “het azuurgroen van de witgloeiende hemel“. Nee, niet van mij maar van de kunstenaar zelf toen hij het licht van de Provence in een van zijn brieven beschreef. Wat had ik een hekel aan die lerares kunstgeschiedenis, maar dat had niks met Van Gogh te maken. Overigens hier vind je meer over Saintes Maries de la Mer in relatie tot Vincent van Gogh.

maandag 15 september: @ les saintes maries de la mer

Aan zee is het ’s nachts altijd een stuk warmer dan in het binnenland, vooral wanneer je dan ook nog een beetje op hoogte zit. Afgelopen nacht minumum 17 graden en dat werd bereikt om 07:00 uur. Om half negen, toen de luikjes van mijn ogen opengingen wees de thermometer binnen al weer 21,6 graden aan en één ding weet je zeker: het worden er zeker meer in de loop van de dag.

Warm dagje, dus in de buurt van de zee blijven. Ook dan zie je genoeg van de Camargue. Volgens W bestaat de Camargue uit witte paarden, zwarte stieren en duizenden flamingo’s. De witte paarden horen tot een van de oudste paardenrassen van Europa en ze lopen vaak vrij rond in de wetlands. De zwarte stieren worden speciaal gefokt voor de traditionele courses camarguaises (een diervriendelijke variant van stierengevechten). Over flamingo’s hebben we het al eerder gehad. W heeft het dan graag over dieren, ik vind de uitgestrekte moerassen, zoutvlaktes, rietlanden en lagunes eigenlijk mooier. Dat daar dan af en toe zo’n zuurstok overheen fladdert is fijn meegenomen. Zuurstok? Vind de flamingo’s hier behoorlijk aan de witte kant.





Beetje geschiedenis? Dat kan. Al in de Romeinse tijd werden hier zout  gewonnen en vis gevangen. In de middeleeuwen kreeg Aigues-Mortes grote betekenis: koning Lodewijk IX vertrok hier in de 13e eeuw tweemaal op kruistocht. Het stadje werd ook belangrijk voor de zoutwinning en handel. Door de eeuwen heen bleef de Camargue grotendeels een moerasachtig en onherbergzaam gebied, regelmatig bedreigd door overstromingen en ziekten zoals malaria. Pas in de 19e eeuw begon men het landschap te ontginnen met dijken, kanalen en waterbeheer. Zo ontstond ruimte voor grootschalige rijstteelt en moderne zoutproductie. Het gebied kreeg rond 1970 erkenning als beschermd regionaal natuurpark (Parc naturel régional de Camargue), het toerisme was al wat eerder begonnen. Net naast de Petite Camargue ligt La Grande-Motte, deze badplaats werd in de jaren 1960 gebouwd als onderdeel van een grootschalig toeristisch project, waarmee de Franse overheid de kust van de Languedoc wilde ontwikkelen en aantrekkelijk maken voor vakantiegangers.

Fietsen dus, handdoek mee - je weet maar nooit. W verrekijker in de fietstas en de batterijen van de smartphones opgeladen voor het maken van veel foto’s, die uiteindelijk allemaal een beetje (veel) op elkaar lijken en of het meer nu Étang des Batayolles heet of een andere naam heeft, het is ons om het even. De enige afwijkende foto’s (die van twee skinnydippende zuchtouderen) hebben we niet gemaakt, omdat er niet geskinnydipt werd: tussen ons pad en de zee lag een paar honderd meter mul zand en er zijn (voor mij) grenzen. Waren ze wel gemaakt (die foto's), kwamen ze waarschijnlijk niet door de censuur. Misschien maar beter ook. Zo’n route over de dijk heeft eigenlijk maar één echt nadeel: je mag ongeveer via dezelfde weg terug. Ook daar kom je overheen: het is gewoon mooi. We fietsten over de zeedijk, iets ander dijkje dan onze deltawerken.

Hoogtepunt (en net geen keerpunt) was de vuurtoren van Gacholle. Het torentje werd in 1882 gebouwd om de toegang tot een beschutte ankerplaats te vergemakkelijken, de enige schuilplaats voor boten in de omgeving. We konden in de schaduw van de toren bij een paar picknickbanken even pauzeren.

 

Na 30 kilometer terug bij af (de camper dus) voor een soepje en een rustpauze, daarna nog even de andere kant op en door het dorp, W wilde nog het centrum bewonderen en vooral de kerk zien. Ook spotten we nog een paar kunstwerken die deel uitmaken van de “route van Vincent“ die hier uitgezet is en laat zien waar Vincent welke kunstwerken gemaakt heeft. Met 15 kilometer hield het op, tijd voor zwemmen, douchen en het avondprogramma.



Een mooie dag. Beetje warm, maar met wat wind uit zee goed uit te houden. De diverse thermometers spreken elkaar tegen en geven als maxima temperaturen tussen de 26 en 30 graden. W en ik houden het op 28. Vrijwel strakblauw. En morgen? Morgen is er weer een dag. We gaan met de pont de (kleine) Rhône over. Met de fiets, dat wel.