Stil aan het front. Geen commentaar van vaste of minder vaste lezers. Wordt dus een kort stukje vandaag.
maandag 8 september: @ villeneuve-lès-béziers
De nacht begon warm, dus veel bloot vlees te zien. Nou ja “zien“? Het was behoorlijk donker. Pas vroeg in de ochtend koelde het enigszins af. Min of meer bij het krieken der dagen op, want een pittige reisdag. Heel Frankrijk in de regen vandaag. Vincelles 9 graden kouder dan gisteren (van 30 naar 21) en de zon is pas morgen weer te vinden, maar dan in het zuiden van Frankrijk. “Ik zet Béziers in de telefoon, we hoeven het niet te halen“, sprak W. Och: negen uur ’s morgens vertrekken en de hele dag regen, dan heb ik daar wel vertrouwen in. Wel via Clamecy en de N151. Heb al eerder verteld dat Clamecy vanaf de 16e eeuw bekend werd door de flottage du bois: het vervoer van hout uit de Morvan via rivieren naar Parijs. Honderden jaren lang dreef men boomstammen via kanalen en rivieren naar de hoofdstad. Dit maakte de stad economisch belangrijk. Er is zelfs een museum aan dat kunststukje gewijd (is nog wel meer te zien in het museum Romain Rolland, 1866 - 1944, een bekende inwoner, schrijver en Nobelprijswinnaar voor Literatuur (1915), maar dat geloven we wel: andere poblemen aan het hoofd. Nou ja, problemen? Boodschappen doen bij de Aldi en tanken bij Eleclerc, beide op het winkelterrein van Clamecy.
Bij de Aldi broodje naar binnen gewerkt, sapje weggeklokt en gewoon verstand op nul gezet en als er tolwegen komen attamottamotta. En ja: tolwegen waren er. Een paar weken geleden in Nederland al zo’n ik-maak-wel-een-foto-systeem meegemaakt in de buurt van Rotterdam, vandaag op de A49 kennis gemaakt met "Libre Flux" (of Péage en Flux Libre). Dit is een Frans elektronisch tolsysteem waarbij je zonder te stoppen bij tolpoortjes kunt rijden, omdat camera's en sensoren boven de weg je kenteken en/of tolbadge registreren. Net als in Nederland kun je online betalen binnen 72 uur. De Engelse term is “free flow“. Vond € 1,70 die ik moest betalen wel aan de lage kant, dus of ik het allemaal goed gedaan heb? Het is ongetwijfeld de toekomst: het systeem wordt in Frankrijk steeds verder uitgerold op de snelwegen, waarbij de traditionele tolwegen op den duur zullen verdwijnen.
Natuurlijk een groot deel van de dag doorgebracht op de A75, de gratis snelweg van Clermont-Ferrand naar Béziers. Deze weg, ook wel “La Méridienne” genoemd) staat bekend als een van de hoogste snelwegen van het land. Je komt regelmatig pukkels tegen met een hoogte boven de 800 meter, het echte hoogste punt ligt bij de Col des Issartets in de Aubrac, op ongeveer 1.121 meter boven zeeniveau. Het was daar 13 graden en we reden in de wolken. Een uur of zo later kwamen we over het beroemdste stuk van de A75, het Viaduc de Millau. Niet denken dat het het hoogste punt van de weg is, maar het is wel de hoogste brug ter wereld met pylonen tot 343 meter en het rijdek op ongeveer 270 boven de Tarn.
W had een bekende camping in Villeneuve-lès-Béziers geprikt, maar helaas “complet“. Plan B was het camping-carpark van Pass Etappes een kilometertje verder. We hebben een kaartje van de club zodat we voor € 15,22 een nachtje kunnen staan. Niks meer dan dan, behalve dan een stroomaansluiting. Goed voor noodgevallen, maar voor een paar Euri meer zit je op een camping.
Een reisdag. V: 219.278, A: 219.917, da’s ongeveer een halve tank diesel. Komt een paar tientjes tol bij, ook het viaduct van Millau moest betaald worden, dacht € 13,70. Opvallend: in de wintermaanden (vanaf 15 september) is dat kunstwerk een paar flappen goedkoper. En de temperaturen? Wisselend: vertrokken met 15, oplopend naar 20, in de Auvergne in een regenbui op de hoogste bult en in de mist 13, na Millau oplopend naar 28 en bij aankomst in Béziers 26. Behoorlijk wat regen. Grote voordeel daarvan is dat alle kamikaze-insecten van de voorruit verdwenen zijn. Goede dag om te reizen. En morgen? We proberen een plekje op de camping hier te vinden.