vrijdag 29 april: @ Raesfeld
De slotkerk vond om 7 uur vanochtend dat één van ons
tweetjes er uit moest om de kachel aan te zetten: binnen was het 5 graden en
buiten zal het ongetwijfeld gevroren hebben. W was nog bezig met een
slaapinhaalslag, dus je hoeft niet te raden wie het knopje van de Truma een
zwieper gaf.
Samen met nog vier andere campers de (rustige) nacht
doorgebracht: 2 met een D op de kentekenplaat en de rest had een geel
nummerbord. Het is tenslotte meivakantie is ons land. Iedereen had gisteravond
gedonder met het vinden van de Astrasateliet, gelukkig hoeven wij aan die
schoteldans niet mee te doen. Ons hotspotje levert voldoende power om “elementaire
en noodzakelijke” uitzendingen op het tablet te kunnen zien. Zo heeft W de
afgelopen weken de bronstige boeren kunnen volgen en hebben we samen kunnen
zien dat de oudjes er bijna en toch ook helemaal waren (was het geen herhaling
van 2015?). Af en toe een beetje journaal en Nieuwsuur maken het tv-feest compleet.
Tegen half elf was het ontbijt achter de kiezen en hadden we
twee dingen op ons todolijstje staan: de Isselquelle en de Femeiche. We wisten
toen nog niet dat het een heel avontuur zou worden.
Een foldertje met een aantal fietsroutes rond Raesfeld
vormde de basis voor ons fietstochtje. De F7 (Tour durch den Dämmerwald) liet
vooral bos zien. Het lijkt een beetje primitief: die geverfde aanduidingen op
bodem en palen, maar het werkt fantastisch. Alles op ooghoogte dus geen paaltjes
met een knooppuntnummertje-met-pijltje verstopt in een ruig begroeide berm. Wat
opviel was de stilte in Staatsforst Dämmerwald: kilometers lang geen auto te
horen, alleen het gefluit van de vogels en het gepiep van een van de fietsen,
snakkend naar een drupje olie. De bonte specht die ons gisteren beloofd was
liet zich vandaag zien.
We zitten in het stroomgebied van de Oude IJssel, in
Duitsland Issel genoemd. De bron (Isselquelle) ligt iets ten noorden van
Raesfeld op een hoogte van 55,5 meter. 82 Kilometer later mondt de rivier,
aangevuld met het water van een paar zijriviertjes (waarvan de Bocholter Aa,
ook Aa-strang genoemd, de belangrijkste is) bij Doesburg uit in de (Gelderse)
IJssel.



Bij de Isselquelle (voorzien van parkeerplaats, picknickbank
en infobord) sloeg het noodlot toe: ne platt’n. In gewoon Nederlands: een lekke
band. Niet zo’n halfzachte die je elke kilometer nog op kunt pompen en waarmee
je voorzichtig verder kunt rijden, nee: een echte platte, waarbij je na elke
draai van het wiel het ventiel op de weg kunt horen bonken. Lopen dus naar
Raesfeld naar de Werkstadt die op elke routekaart van de VVV reclame maakt (veel lekke banden in deze buurt?). Het
werd een wandelingetje van 3,5 kilometer. Voor de liefhebbers: afstand =
aantal_stappen x 0,71 meter, dus zeg maar 5.000 passen van de Quelle naar het
centrum van Raesfeld; da’s dus de helft van het “dagelijkse moeten”. W had
inmiddels de fietsenmaker voorbereid op de enorme klus die hem te wachten stond
en terwijl de harde werker zijn arbeid verrichtte konden de uitgewerkten bij de
Rewe genieten van de Kaffee-mit-Kuchen (en wat voor Kuchen!).

Toen we een (dure) buitenband, een (goedkope binnenband) en
het werkzweet hadden afgerekend (een bedrag waarvoor de nodige kratjes bier
kunnen worden aangeschaft) en de tocht wilden voortzetten, zakte W door haar
zadel (schroef afgebroken, een vaker voorkomend probleem: (her)lees eventueel http://berrynales.blogspot.nl/2016/03/op-naar-de-zon-6-regen-en-zon-in-los.html).
Deze reparatie had voor onze fietsenmaker wat minder voeten in de aarde en was
ook een stuk portemonneevriendelijker. Wij konden fijn verder flanietsen (het woord komt van Suus van ElenEs, een website met leuke reisverslagen).
Restte nog één Raesfeldhoogtepunt: de Erler Femeiche, een
van de oudste bomen van Duitsland. Schattingen over de leeftijd van het
inmiddels holle boompje (al sinds een paar honderd jaar hol van binnen) lopen uiteen van 600
tot 1500 jaar. Gangbaar wordt aangenomen dat de boom even oud is als Karel de
Grote nu zou zijn ware hij niet gestorven. Met je basisschoolkennis weet je nog
net dat Kareltje iets voor 750 het levenslicht zag (het gekke is dat men wel
dag en maand weet, maar het exacte jaartal niet; maar dit even geheel
terzijde). Dus moet het boompje ruim 1250 jaar oud zijn. Hoe oud ook: zonder
stut en steun staat de zomereik niet lang meer rechtop.

De naam Feme Eiche verwijst naar het feemrecht dat tot 1589 onder
deze boom werd gehouden. Het feemrecht is een door Karel de Grote ingestelde
volksrechtspraak die in de open lucht onder een boom (meestal een eik of een
linde) plaats vond. Een Freiherr, geassisteerd door zes Schöffen
(assistenten/schepenen), behandelde ernstige misdaden zoals moord, roof,
brandstichting en mijneed. De veroordeelden konden het meestal niet lang
navertellen: ze eindigden over het algemeen met een stukje touw (in de vorm van een lusje) om de nek aan
een passend boompje. Het hoogtepunt van het feemrecht lag aan het einde van de
middeleeuwen.
Het was (ondanks of misschien wel dankzij alle ellende) weer
een fantastische dag vandaag. We hebben het droog gehouden tijdens onze schitterende
fietstocht en binnenkort kun je ongetwijfeld nog meer “even over de grens”-jes
lezen. Morgen nog eventjes een kleine 40 kilometer rijden. Tenslotte: of het bier ook warm is wordt op het bord niet vermeld: