Lang genoeg in het paradijs van Mikki geleefd. Voor de volgende highlights van de Algarve is het logischer dat we de komende nacht op een andere plek doorbrengen: hemelsbreed nog geen twaalf kilometer, maar met een "tochtje voor de leuk" werden het er een paar meer (39 om precies te zijn).
zaterdag 23 maart: @ silves
Op onze toeristische route lag een stuwmeer, een barragem zoals ze dat hier in Portugal noemen. Blauwgroen water, blauwe lucht: jaloersmakende plaatjes dus van het Barragem de Arade. De Arade is een rivier die in het verleden (zeg tot in de Middeleeuwen) in deze regio een belangrijke rol gespeeld heeft. Het water was toen nog geschikt voor de scheepvaart. Silves, de oudste stad van de Algarve en tijdens de Moorse tijd de hoofdstad van de regio (de stad werd door de Arabieren Xelb genoemd), lag aan de rivier en had een belangrijke havenfunctie tot het watertje ging verzanden en de stad geen bevaarbare verbinding meer had met de Atlantische Oceaan. Andere plaatsen direct aan zee namen de havenfunctie over.
Na een take-picture-moment via leuke kleine weggetjes naar Silves, waar we onze achtertuin vonden op camperplaats Parque do Castelo, inderdaad op loopafstand van de burcht. Voor € 9,50 zijn we hier voorzien van alle gemakken met uitzondering van een toilet. Aardige beheerster die goed Engels sprak. Voor de camperaars onder ons: sitecode 47.959, waardering op campercontact 6,8.
De bult op naar de Sé (de kathedraal) en het Castelo dos Mouros. Halverwege de bult hadden we een goed excuus om even te stoppen: ooievaars hadden daar hun nesten gebouwd, de jongen waren al wel een tijdje uit hun ei gekropen. De voornamelijk gotische Sé is gebouwd op de fundamenten van een oude moskee en stamt uit de 13e eeuw. Mooie oude kerk. De directe omgeving van de kathedraal was echter een grote bouwput, zodat de foto van de buitenkant van dit godshuis geleend is van www.ecotoerisme.eu, waarvoor onze oprechte dank. Heel bijzonder schijnt het houten plafond te zijn, gedragen door achthoekige pijlers (zwart, dus te donker om te fotograferen).
Bij het kasteel van de moren mochten we onze identiteitsbewijzen tonen om in aanmerking te komen voor gereduceerd tarief. We komen al jaren in het zuiden zonder bewijslast door de keuring, misschien dat het gezonde buitenleven de laatste tijd haar vruchten heeft afgeworpen en we er ineens jaren jonger uitzien? Eenmaal binnen kreeg ik een we-waren-hier-al-eerder ervaring, terwijl W nadrukkelijk te kennen gaf hier voor de eerste keer te zijn. Toen ik haar wees op het hotel waar we een jaar of vijftien geleden overnacht hebben op onze eerste Algarvereis gaf ze inderdaad toe dat daar haar bedje had gestaan. Even later bedacht ik me dat we hier later nog een keer geweest zijn (en wel op een reisje met Oud en Nieuw in Albufeira en in verband met aanhoudende regenval maar een autootje hebben gehuurd); ik heb maar wijselijk mijn mond gehouden.
De burcht komt ergens in de 10e eeuw voor het eerst in de boeken voor, dus we mogen het foldertje dat we kregen geloven wanneer we lezen dat het tussen de 9e en 12e eeuw is gebouwd. Dat het gebruikte materiaal vooral rood zandsteen was kunnen we met eigen ogen zien. In de loop der tijden is het pandje een aantal keren opgeknapt, de laatste keer in 2009. Lonely Planet spreekt over legosteen bouwstijl. Valt wat voor te zeggen. Dat het kasteel een grote watertank had met een capaciteit van 1.300.000 liter zal niemand interesseren, evenmin als het feit dat de minder mooie man op de foto de Portugese koning Sancho I is; hij heeft het kasteel twee jaar gedurende de Moorse periode in handen gehad (1189 – 1191).
Het was weer een mooie dag.
V: 129.594; A:129.633
Rijtemperatuur: 19 – 23 graden.