Je zou denken dat na al die regen van de afgelopen jaren het in de Achterhoek opgelost zou zijn. Volgens experts is dat niet het geval: de Achterhoek is gevoelig voor droogte, en droogte periodes kunnen steeds optreden. Een van de voornaamste reden is de aanwezigheid van droge zandgronden, wat betekent dat water snel door de grond wegzakt en niet goed vastgehouden wordt. De plasjes water op camping het Paardeweitje zijn dus min of meer tijdelijk. Las onlangs een interview met Leon Klein Tank, een bobo bij het waterschap Rijn en IJssel met als titel “Hoe nat het ook is, droogte is in de Achterhoek nooit erg ver weg“. Volgens Leon liggen droogte en wateroverlast dicht bij elkaar. Laat dus nog maar een buitje doorkomen.
Waarom ik niet vertelde dat we gisteren op het museum een roodborsttapuit gezien hebben, was de vraag van één van de deelnemers aan het weekend. Antwoord: je kunt toch niet alles noemen wat je ziet en meemaakt? Maar vooruit: met een waarschijnlijkheid van 90 % hebben we zo’n beestje gezien. Voor de zekerheid opgezocht of het wel kon kloppen (komt zo’n beest wel voor in de Achterhoek?) en inderdaad: volgens de Vogelbescherming vind je “roodborsttapuiten op heides, in de duinen, in ruige, open moerasgebieden en in halfopen boerenland. Het zijn vogels van open tot halfopen, vaak droge terreinen met enige struweelopslag of hoog opschietende kruiden. Het goed verborgen nest wordt op of net boven de grond gebouwd“.
zondag 8 juni: @ winterswijk
Eerste Pinksterdag vandaag. Vraag me af hoeveel procent van de bevolking de achterliggende gedachte bij Pinksteren nog kent en de uitstorting van de Heilige Geest over de apostelen nog spontaan kan ophoesten (zie bijbelboek Handelingen 2). Denk dat zaken als Pinkpop en de meubelboulevard hoger staan aangeschreven dan de vlammende tongen boven de koppies van de volgelingen van Jezus. Laten we ook maar niet zweefteverig gaan doen en woorden als “bezieling“ en“ inspiratie“ helemaal achterwege laten.
Een verregende dag. We hadden aanvankelijk nog ijdele hoop dat we tussen de buien door nog wat van de KunstOer in Winterswijk konden zien, een driedaags evenement waar ergroed, kunst en natuur prachtig samenkomen. We hebben er vorig jaar ook van genoten. Je kunt het heel goed op de fiets af en volgt een route langs kunst op mooie plekken (professionele kunst en bijzonder erfgoed). Niks KunstOer 2025, misschien dat de overige familie morgen nog een paar droge gaatjes kan vinden wanneer wij met onze verplaatsing naar Terschelling bezig zijn.
Geen KunstOer maar ook geen visite bij mijn vader en moeder. Vrijwel elk jaar brengen we met de familie een bezoek aan het Kalverbrookspad, onderdeel van een relatief nieuw natuurgebied met de naam Koolmansdijk. Las ergens de dat je hier de oer-Achterhoek tegenkomt: vanaf 2004 is dit voormalig landbouwgebied door Staatsbosbeheer stukje bij beetje afgeplagd en teruggebracht naar het landschap zoals je dat tot in de negentiende eeuw in de Achterhoek kon aantreffen. Eigenlijk dus een vorm van omgekeerde weg: oorspronkelijk lagen hier de gemeenschappelijke markegronden. Dit systeem van het samen gebruiken van woeste gronden functioneerde goed tot aan het begin van de negentiende eeuw. Vanaf dat tijdstip begonnen de meningen over het functioneren van de marken hoe langer hoe meer uiteen te lopen. Sommigen pleitten voor verdeling van de gronden onder de rechthebben, anderen verdedigden de oude regels. In onze gemeente is het pleit omstreeks het jaar 1860 in het voordeel van de vernieuwers beslecht. Omdat de markenorganisaties al niet meer echt functioneerden zijn alle woeste gronden (de marken Lievelde, Vragender en Zieuwent) toen maar onder één noemer gebracht en als gronden van de "Mark van Lichtenvoorde" aan de verdeling onderworpen. Men liep hierbij in het voetspoor van het kadaster, dat in 1828 alle woeste gronden ook al op rekening van de "Mark van Lichtenvoorde" plaatste. Rond 1900 was een groot deel van de vroegere heiden, venen, flieren, goren, broeken en velden reeds verkaveld. Even een stukje theorie: “Koolmansdijk ligt op de rand van het Oost-Nederlands plateau: op een plek waar de watervoerende laag dekzand heel ondiep wordt. Of anders gezegd, de niet waterdoorlatende laag onder de grond vormt hier een soort ondergrondse heuvelrug, een barrière waardoor het grondwater hier als kwelwater omhoog geperst wordt. Hierdoor is dit gebied zelfs in de zomer nat en drassig. En juist doordat de dekzandlaag hier relatief dun is zorgen op het oog zeer kleine hoogteverschillen bovengronds in combinatie met diepte-verschillen in de barrière ondergronds voor een opvallend rijke variatie in vegetatie. En alleen al de vele, en vele soorten, orchissen zijn hier de moeite waard om om de paar meter languit te gaan“. Bron: Wim Zoeteman.
De werkelijke reden dat we hier elk jaar met de familie komen is niet het natuurschoon. Tussen de orchideeën hebben we een aantal jaren geleden eerst de as van mijn vader en een paar jaar later de resten van mijn moeder uitgestrooid. Een mooiere plek konden en kunnen we ons niet voorstellen. Al bladerend door de geschiedenis van de omgeving kom je niet alleen mooie natuurplaatjes tegen. De website van oud-Zieuwent laat ook een foto zien van een ontspoorde trein in het Kalverbrook (1944). De ondergrondse onder leiding van Hendrik Wieggers (Olpat) zou dit op zijn geweten hebben. Het hele verhaal staat smeuïg verteld op de website van de oudheidkundige vereniging.
Eigenlijk is dit vandaag een verslag van wat we niet gedaan hebben, we waren het wel van plan. Zo'n dag waarop je door de regen niet veel doet behalve uitgebreid kranten en bijlages lezen, spelletjes doen en zelfs breien. De Chinees kookte deze avond en zuslief maakte een stevige Irish Coffee als toetje. Een paar leuke dagen en de familiebanden zijn weer aangehaald. Morgen gaan we in alle vroegte verkassen naar Terschelling.