“Als je dan toch op de Vale Ouwe bent kun je niet om het Gelders volkslied heen”, aldus trouwe volger H te L. Tja, het is me wat met die provinciale hymne. Mocht het vroeger op de kweekschool regelmatig zingen, immers: het stond in de populaire liedbundel “Kun je nog zingen, zing dan mee!” en van Hendrik Verweij (volgens mij heette onze muziekleraar tevens leraar blokfluit zo) moesten we die bundel kunnen dromen. De meningen daarover waren verdeeld, maar dat terzijde. Pas in 1998 werd “Ons Gelderland” van de Doesburgse onderwijzer C.J.C. Geerlings officieel aangewezen als Gelders volkslied. Geerlings schreef tekst en muziek in 1941. Het volkslied van Gelderland heeft drie coupletten waarin de Veluwe, de Betuwe en de Graafschap worden bezongen. Deze keer (omdat we er een paar dagen zijn geweest) het eerste couplet over de Veluwe (foto geleend van https://fotografieploeg.nl/fotografie-kennisbank/heide-fotograferen/):
Waar der beuken breede kronen, Ons heur koele schaduw biên;
Waar we groene dennebosschen, Paarse heidevelden zien;
Waar de blonde roggeakker en het beekje ons oog bekoort,
Daar is onze Vale ouwe, Kost’lijk deel van Gelre’s oord.
Daar is onze Vale ouwe, Kost’lijk deel van Gelre’s oord.
zondag 11 augustus: @ abbenes
Wat doet eens mens in Abbenes? Wist tot vandaag niet eens waar het lag. Ook nieuwsgierig? Ergens tussen Nieuw-Vennep en Buitenkaag, aan de Hoofdvaart in de Haarlemmermeer. Zeg maar in de kerosinestrepen van Schiphol. Tegenwoordig land, lange tijd alleen maar water. Kijk maar naar het schilderij van Jan van Goyen die het Haarlemmermeer laat zien zoals het er in 1656 uitzag. Het meer had de bijnaam “de waterwolf”, omdat het steeds nieuwe plassen veroverde: tijdens stormen en overstromingen verzwolg het grote stukken land, waarbij complete dorpjes van de landkaart werden geveegd. In 1840 had het Haarlemmermeer een oppervlakte van 18.000 hectare bereikt. Het idee om die grote waterpartij droog te leggen was er al begin 17e eeuw, maar pas in 1837 besloot koning Willem I dat het zover was. Er moest nog even een rampje overheen (in 1839 hadden zowel Amsterdam als Leiden weer eens te kampen met behoorlijke overlast) maar in 1840 ging de eerste schop eindelijk de grond in en acht jaar later was het meer volledig afgesloten door een ringdijk van een kleine 60 kilometer lengte en 0,70 tot 1,70 m hoogte. Toen kon het pompen beginnen en wel op stoomkracht. Bijzonder, want tot dat moment werd voor het droogmalen windmolens gebruikt.
Uiteindelijk viel het meer op 1 juli 1852 droog en kon het nieuwe land ontgonnen worden. De gehele nieuwe polder werd ingericht voor moderne grootschalige landbouw. De kavels hadden allemaal een lengte van 1000 meter en 200 meter breed, per kavel van 20 hectaren werd de polder verkocht. Zo'n honderd jaar na de drooglegging maakte de Haarlemmermeer stormachtige ontwikkelingen door van een heel ander kaliber. Industrieterreinen namen de plek van landbouwgronden in, de infrastructuur werd duidelijk verbeterd en vooral de enorme groei van Schiphol had veel impact op de Haarlemmermeer. Tegenwoordig is ruim 15 procent van het oppervlak van de gemeente in handen van de luchthaven en is Schiphol (met alle aanverwante bedrijven) de grootste werkgever in de regio. Over Schiphol een volgende keer ongetwijfeld meer.
En nu zitten we er, in Abbenes, zeg maar zo'n 6 meter onder zeeniveau op de bodem van een oud meer en zijn we te gast bij de familie Roubos op een akkerbouwbedrijf dat al 160 jaar bestaat met als topproducten aardappelen voor de friet en uien voor de visboer. Voor die uien op de haring terechtkomen worden ze in een “schillerij” in ringen of blokjes gesneden. En om het productieverhaal af te maken wordt er ook nog tarwe voor een veevoerfabriek en bieten van een suikerfabriek verbouwd. Een camperplaats zorgt tenslotte voor aanvullende inkomsten.
We kwamen er niet zomaar. Google Maps gaf ons een aantal alternatieven waarvan we de kortste (niet de snelste) hebben gekozen. De optie “snelwegen vermijden” maar heel snel weer uitgevinkt: het weer was vandaag te mooi om lang in de camper te rijden, ook al is die voorzien van airco. Blijkbaar toch wat fout gedaan, we hebben de route over de A28 en later de A10 voorgeschoteld gekregen. Ondanks dat konden we tegen half twaalf de camperplaats opdraaien en plexat. Een uur later zaten we op de fiets voor een verkennend rondje onder meer langs de Kagerplassen. We kwamen plaatsen als Sassenheim, Kaag, Warmond, Oude Ade en Roelofsarendsveen tegen. Wel eens van gehoord, maar volgens ons nog nooit geweest. Neem een zonnige zondagmiddag in de zomervakantie aan het water en Elburg is er niks bij. Mooie route, dat weer wel. Drie pontjes tijdens onze tocht van ruim 40 kilometer, totaal € 8,40 aan het overzetten uitgegeven. De eerste pont had een hypersysteem voor het aan- en afmeren. Als je geduld hebt moet je de video over de windfighter maar eens bekijken. Een gewaarschuwd mens telt voor twee: de video duurt ongeveer negen kwartier. De moed nog niet opgegeven? https://www.youtube.com/watch?v=mB_VTZytWyA&t=28s
Nog even boodschappen gedaan bij de Vomar in Roelofsarendveen en tegen half vijf konden we de vliegtuigen boven ons nu de andere kant op zien gaan. Rond de middag kwamen ze stijgend over ons heen met veel kabaal, in de namiddag gingen ze met veel minder kabaal dalend richting het noorden. De website flightradar24.com liet ons weer mooi zien welk vliegtuig waar de landing inzette.
V: 210.410; A: 210.520. Rijtemperatuur 24 – 25 graden. Tijdens het fietsen kwamen we in de loop van de middag een thermometer tegen die 29 graden aangaf, maar dat lijkt me 2 tot 3 graden overdreven. De wind uit een noordoostelijke hoek was met kracht 2 goed te doen. Zon op/onder: 06:19/21:13 (gegevens Abbenes). Een erg mooie dag (ondanks het vele volk op de weg en op het water). En morgen? Morgen is er weer een dag. Het wordt nog een paar graden warmer. Denk dat we veel vlees gaan roosteren op het strand. Je hoort van ons.