noordpolderzijl

noordpolderzijl

dinsdag 22 augustus 2023

en weer een fietsvierdaagse – 2: saasveld, weerselo, rossum, beuningen

Of ik als vroegere hippie er over nagedacht heb om me autonoom of soeverein te verklaren, was de vraag van een lezer die me vroeger nog met wapperende manen, een lange baard, boerenkiel en Zweedse muilen had zien rondlopen. Waarschijnlijk heeft de vraagsteller net als ik vorige week (16 augustus) een artikel van Haro Kaak in de Volkskrant gelezen. Had wel eens van autonomen en soevereinen gehoord maar wist niet precies van de hoed en de rand. Fijn dus, de publicatie van dat artikel. Het komt in het kort hier op neer: “[...] iedereen wordt geboren als mens, maar als de ouders aangifte doen, wordt iemand daarmee een ‘persoon’ met een BSN-nummer (door autonomen steevast ‘Burger Slaven Nummer’ genoemd in plaats van burgerservicenummer), wat een ‘juridische fictie’ zou zijn. Je zou je kunnen loskoppelen van deze ‘stroman’ en zo een ‘levend mens van vlees en bloed’ worden. Wie aangehouden wordt, zou volgens de theorie niet zijn identiteits- of rijbewijs moeten tonen aan de politie, want dan erkent hij stilzwijgend het gezag van de overheid. Post van instanties sturen autonomen retour met teksten als: ‘onbestelbaar op dit adres, persoon is overleden’ […]”. Klinkt wel aantrekkelijk: geen belastingen betalen, verkeersboetes niet accepteren. Mist evenwel elke vorm van realiteit: als je in Nederland woont (of op bezoek bent) moet je de spelregels accepteren. Punt uit!

dinsdag 22 augustus: @ beuningen

Of ik mijn gehoorapparaten even wilde indoen, kon ik beter horen. Was een verzoekje van W. Ik vraag me af of ze daadwerkelijk wil dat ik beter hoor, of dat ze bedoelt dat ik eens een keertje moet luisteren? Apparaatjes gaan vandaag niet in: kabaal op de fiets, jeuk in de oren en in het doosje doen ze het prima....

Onze fietstocht vandaag ging door het grootste katholieke bolwerk van boven de grote rivieren: het noordoostelijke deel van Twente. Dat het katholicisme hier door de eeuwen heen is blijven hangen heeft vooral te maken met de nabijheid van het machtige Duitse bisdom Münster. In de Tachtigjarige Oorlog kregen de gereformeerden pas vanaf 1497 de kans om Twente te winnen voor de calvinistische leer, een kwart eeuw nadat in Holland de geuzen aan de macht kwamen. Bijgaande kaart laat de rooms-katholieke bevolking van Overijssel zien: hoe donkerder, hoe roomser.

Eventjes langs landgoed Singraven en de watermolen, een bezoek aan een melkveehouderij die zijn schuren en stallen had opengegooid en waar vooral westerse kinderen zich de ogen uitkeken maar toch weer gerustgesteld werden toen de gratis melk alsnog uit pakken werd geschonken. Daarna het Twentse (roomse) cultuurlandschap in. Cultuurlandschap, want veel maïs en Engels raaigras, hopelijk gaan we morgen meer de natuur in.




Ons Rijke Roomse Leven begon met een bezoek aan 't Stift, een plek waar een kleine duizend jaar geleden een leefgemeenschap werd gesticht door ene Hugo van Buren. Die commune werd in 1152 omgevormd tot een Benedictijner dubbelklooster (mannetjes èn vrouwtjes), de monniken hielden het maar 100 jaar uit en de nonnen bleven. Dat de mannen vertrokken had niets met wellustige vrouwen te maken maar meer met de roofzucht van de Twentse edelen. Vooral de Heren van Saasveld kwamen regelmatig langs om voedsel en kostbaarheden te incasseren. De nonnen waren vooral van adellijke komaf en de tere freules hadden het moeilijk met de zware regels van Benedictus. De oplossing was simpel: verander de leefgemeenschap formeel in een adellijk “Stift” en de wijnfles mag weer op tafel. In 1626 veroverden de staatse troepen Oldenzaal op de Spanjaarden en dat was meteen het einde van het katholieke Stift. De Stiftkerk werd van haar katholieke dingetjes ontdaan en een gereformeerde predikant zwaaide er voortaan de scepter. De freules die er toen zaten werden niet gedwongen protestant te worden, maar wie na 1648 als stiftsjuffer wilde toetreden moest van Nederlandse ridderlijke geboorte zijn en van “de ware gereformeerde religie”. Voor de leefwijze van de freules maakte het waarschijnlijk weinig verschil en de wijn was nog steeds rood (of wit of rosé). Formeel werd het clubje in 1811 ontbonden, maar de decennia ervoor was er weinig reuring op het Stift. Toen de katholieken weer in Nederland ter kerke mochten gaan (Franse Revolutie) was de Stiftkerk te klein voor de zeer omvangrijke geloofsgemeenschap van Weerselo, de protestanten mochten de Stiftkerk houden en katholieken werden voorzien van pecunia om een eigen bedehuis te bouwen waar meer gelovigen in pasten. Tenslotte: in 1974 werden een groot aantal huizen in de Stift (afgebroken rond 1800) op hun oude funderingen weer opgebouwd op basis van tekeningen die uit 1750 stammen. Je kunt je voorstellen dat Stift Weerselo inmiddels een van rijkswege beschermd dorpsgezicht is. En midden in dat beschermde dorpsgezicht bij de Stiftsjuffer serveerden ze lekkere (maar prijzige) koffie en cappuccino. Onze-Lieve-Vrouwe-van-altijd-durende-bijstand (onder de parasol) hoort niet tot het dorpsgezicht.

Toen kwam Soasel aan de beurt, voor de mensen die het Neder-Saksisch niet beheersen (of dat wel doen maar ondanks dat toch niet weten wat Soasel is): Saasveld. Wij mochten een controlestempel halen op het terras van uitgaanscentrum Bruins (midden in het dorp), Boh Foi Toch treedt er op gezette tijden op (als ik me niet vergis op 10 september weer). Voor de volledigheid: W wil niet verhuizen naar Soasel en dat heeft niks te maken met Zaal Bruins. Moet toch eens opzoeken waarom in dit deel van Nederland veel kerken vernoemd zijn naar de heilige Plechelmus. Vervolgens mocht Weerselo zich verheugen op ons bezoek. Misschien dat we er zaterdag nog komen, want dan is er de wekelijkse Weerselose Markt (niet helemaal correct: er zijn ook markten op sommige zon- en feestdagen). Een soort Zwarte Markt van Beverwijk, maar dan anders. Rossum (niks bijzonders) en toen terug naar Denekamp voor de finishstempel.

Vandaag markt in Denekamp, eentje met een historisch tintje. De Hugomarkt, je weet wel: die man waar ik gisteren dat lange zwamverhaal over heb afgestoken. Of zoals het programmaboekje van de fietsvierdaagseorganisatie meldt: “De Hugomarkt is een gezellige markt met middeleeuws thema”. Middeleeuwse markt? Laat me niet lachen! De niet-middeleeuwse tenten verkopen broodjes worst met mosterd, mayonaise en ketchup uit plastic knijpflessen. Gelukkig hebben de verkopers zich niet verkleed. Je weet wel: oude lappen aan, maar vergeten Nikes Air uit te trekken, moderne horloges af te doen en als er niks te doen is stiekem op hun smartphones kijken. Middeleeuwse markt? Ze verkochten er onder meer Tupperware en er stond ook een Vietnamees loempia's te verkopen. De middeleeuwse patat was goedkoop maar niet krokant.


Nog een beetje te vroeg om al naar de camperplaats te gaan, dus een omtrekkende beweging gemaakt via een schaapskooi die heel vriendelijk “verboden toegang” op het hekwerk had geplakt. Gastvrijheid ten top, zullen we maar zeggen. Nog wel een toefje heide gezien. Op de kaart is het het rechter gedeelte. Totaal: net geen 60 kilometer (de route van de organisatie was zo'n 40 kilometer).

Mooie dag. Vannacht nog een paar millimeter regen gevallen, vandaag droog en tot een uur of drie zwaar bewolkt: gefietst met een trui aan, iets van 24 graden met westenwind kracht 2 – 3. Pas na drieën trok het zwerk open en werd het warmer. En morgen? Morgen is er weer een dag. Ik denk dat we gaan fietsen. Tiggelte en Vasse staat op het programma; als we de 60-kilometertocht fietsen komt ook Langeveen erbij. Je hoort van ons, oma krijgt nu al zweethandjes.