We hebben een paar fijne dagen doorgebracht op Vecht en Weide bij Weesp. Vanmorgen was het weer eigenlijk te mooi om te vertrekken, maar we kennen de omgeving inmiddels. Kan ook niet anders na vijf overnachtingen en even zovele fietstochten. Buiten ontbijten, net als gisteren. De mangosap smaakt er nog lekkerder in het zonnetje. Een verplaatsing van een klein uurtje: Amsterdam ronden en vervolgens de A8 en A7. Einddoel camperplaats de Tulpentuin gelegen tussen Wieringerwerf en Slootdorp, code Campercontact 22.433, best leuk maar een beetje rommelig; bijverdienste van een duurzame tulpenkwekerij en voor 15 € all-in waren we weer een middagje en nachtje onder de pannen. Aangesloten bij het clubje "Bij ONS", dus vriendelijkheid staat hoog in het vaandel. Vliegen, dat wel, maar daar hadden we bij de vorige camperplaats ook last van: tijd van het jaar of komt het omdat we tussen de dieren zitten? Plexat, 5 van de 8 plaatsen bezet en “als het vol is dan creëren we achter de boerderij een paar nieuwe plekjes”. Kijk, daar houden we van: niet lullen maar poetsen.
De Wieringermeerpolder is geen IJsselmeerpolder zoals ik dacht, maar een Zuiderzeepolder: drooggelegd in 1930 en toen hadden we nog geen Afsluitdijk (die kwam pas in 1932). Overigens was het Wieringermeer rond het jaar 1000 nog gewoon land, stormen hebben hun werk gedaan en het land liep onder water; het eiland Wieringen bleef behouden. De bedoeling van onze fietstocht was kennismaken met de polder, het voormalige eiland Wieringen en op het puntje van Wieringen, Den Oever (daar waar de Afsluitdijk begint) naar het zuiden fietsen en terug naar de camperplaats. Even een extra lusje rond het Amstelmeer. Dit heette vroeger het Amsteldiep en vormde een overgang tussen de Waddenzee en de Zuiderzee. Een nutteloos rondje want we keken 75 procent van dat lusje tegen de dijk aan. “Eigenlijk zijn al onze fietsrondjes nutteloos”, sprak W, “We komen elke keer weer aan op de plek waar we ook zijn vertrokken”. Hier moet ik eens ernstig over nadenken.
We zagen een veld vol met “vreemde planten”. W op kop de begroeiing in en de plantenapp het opzoekwerk laten doen. PlantNet kwam met de mededeling dat het spinazie moest zijn, volgens ons is het dan wel flink doorgeschoten spinazie. Op zo’n moment is er natuurlijk nooit een boer op het land die het verlossende woord kan spreken.
Toen we eenmaal de Waddenzee links en het Amstelmeer rechts van ons hadden slaakte W een oerkreet, trapte op de rem, griste de verrekijker uit de tas en was tien minuten niet aanspreekbaar. Dat kan eigenlijk maar één ding betekenen: een kolonie lepelaars. Ik heb niet zoveel met lepelaars, meer met naakte negerinnen in een jacuzzi, maar die zie je niet wanneer je de Waddenzee links en het Amstelmeer rechts van je hebt liggen. De dag van W was weer goed. De foto van de lepelaar is van Natuurmonumenten.
Plots waren we op het voormalige eiland Wieringen met het leuke plaatsje Hippolytushoef. Zowel W als ik dachten dat Stroe op de Veluwe lag (en nog steeds ligt), maar hier hebben ze er ook een. Bij Den Oever mochten we stuk vlak langs de Waddenzee fietsen, altijd weer mooi.
Op weg naar de camper konden we ervaren wat horizonvervuiling is. Heb niks tegen windmolens, maar de hoeveelheid die ze in de Wieringermeerpolder neerzetten gaat elke fantasie te boven. Op nevenstaande afbeelding zijn ze ingetekend. Niet iedereen is blij met de komst van die joekels, getuige de vele actiestickers die her en der geplakt zijn met de tekst “Stop de groene leugen”. Als je je dan verder gaat verdiepen in de materie kom je zaken tegen die tot nadenken stemmen: zo zou de bouw van een windmolen meer energie kosten dan dat het geval ooit zal opleveren. Zijn bedrijven die milieuvriendelijke beloftes doen allemaal wel echt zo milieuvriendelijk? Duurzaamheid als verkooptruc? We zullen toch wel wat moeten doen voordat we met zijn 18 miljoen met onze zinkende delta kopje onder gaan. Voorlopig moeten ze het hier in de Wieringermeerpolder doen met zo’n 100 van die joekels. ’s Avonds is het wel een stuk vriendelijker wanneer al die rode lampjes op de molens branden: het “red light district Wieringermeer” zeg maar.
We hebben twee van de vier dorpen in deze polder gezien. Kreileroord is 1957 gebouwd en bestaat uit arbeidershuisjes. Echt groot is het nooit geworden, want toen het dorp voor een deel af was, nam de behoefte aan landarbeiders af door de mechanisatie. Wieringerwerf is een stuk groter en heeft een regiofunctie waaronder drie supermarkten: een Aldi, een Lidl en een Deen. Bij de Action schaften we ons een paar zeer noodzakelijke attributen aan: een wokpannetje, schuursponsjes en een nieuwe telefoonhouder voor op de fiets. De andere twee dorpen hebben we niet gezien, maar ik ben ervan overtuigd dat Slootdorp en Middenmeer net zo weinig sfeer uitstralen als elk ander polderdorp: ontwikkeld op de tekentafel zonder al te veel fantasie en met de term “functionaliteit” in het achterhoofd.
V: 150.491; A: 150.574
57 fietskilometers; lichtbewolkt en een graad of 21. In de polder altijd de wind tegen.