noordpolderzijl

noordpolderzijl

dinsdag 28 maart 2017

luther natuurlijk 2: de lahn en de schwalm

dinsdag 28 maart: @ Alsfeld

Het was een rustig nachtje aan de Dill in Wetzlar. De potjes konden ook nog leeg en vervolgens op naar Braunfels, een klein eindje terug, op een bultje aan de Lahn. Braunfels wordt samen met Schloss Braunfels in 1246 voor het eerst in de geschiedenisboeken genoemd en heeft sinds 1607 stadsrechten. W, Tom-Tom en ik hadden een meningsverschil over de route in Braunfels zelf: Tommie vond dat Puzzel maar dwars door de nauwe straatjes van de Altstadt moest rijden (gelukkig was het marktdag en kon dat niet); W vond eerst de parkeerplaats van de Lidl een geweldig idee en later de camperplaats ergens onder de burcht (ik had echter geen zin in klimmen). Uiteindelijk werd het een gratis P direct naast de muur van het kasteel. Wel echt buiten het seizoen: rondleidingen alleen in het weekend, Schlosscafé idem. Maar wel leuk rondgestruind, daar waar we nog mochten komen. Er is een indirecte link tussen het Nederlands koninklijk huis en Braunfels. Amalia van Solms-Braunfels was de moeder van stadhouder Willem II van Oranje-Nassau. Willem III (de kleinzoon van Amalia) is kinderloos gebleven, dus is die tak van de Oranjes uitgestorven. Leuk kasteeltje en leuke vakwerkhuizen in Braunsfeld. We konden ook het dak van Puzzel nog even controleren op duivenstront. Persoonlijk vond ik dat interessanter dan de vrouwen van de Oranjes.
 

 
 

 
 
 
Zonder snelwegen verder gereden naar Alsfeld. De bedoeling was dit historische stadje als tussenstop aan te doen, maar W vond dat er genoeg was gereden: actie graag en veel! Nu valt er genoeg te zien in Alsfeld, dat “erstmals 1069 urkundlich genannt” werd. De mooie vakwerkhuizen van de stad dateren veelal uit de 16e eeuw. Een stadswandeling (vanaf de camperplek tot het beginpunt, de wandeling zelf en terug naar ons puzzeltje was ruim 8.000 stappen) leidde ons langs 39 hoogtepunten van de stad, voornamelijk vakwerkhuizen dus (dat die dingen nog blijven staan: de een is nog schever dan de ander), een paar kerkjes en een kapelletje, een torentje, enkele sfeervolle pleintjes, een vervallen klooster, het Rathaus en twee keer een put. Ze doen zo goed hun best in Alsfeld dat de stad één van de 51 “voorbeeldsteden” van de Europese Unie is, een keer weer eens wat anders dan die Werelderfgoedlijst van de Unesco (waar trouwens mijn schuurtje nog steeds niet op staat). Er staat anderhalf uur voor de stadswandeling, wij konden het in minder dan de helft.
 
 
Und der Luther war auch hier! In 1521 moest hij zich bij de keizer verantwoorden op de Rijksdag (morgen of zo het hele verhaal), Op zijn reis van Wittenberg naar Worms (en terug) kwam hij door de stad. Overigens heeft men de weg die Luther toen heeft afgelegd nu bewegwijzerd en is het een wandel- en pelgrimspad geworden. Alsfeld was trouwens één van de eerste Duitse steden die de Reformatie hebben omarmd.
Terug op de camperplaats (Erlenstadion, campercontactcode 3740) de fietsen gepakt en een stuk van de Schwalmtalradweg gefietst. Nee, het is niet de Schwalm (of Swalm) die in de Maas haar water loost, maar de Hessische Schwalm die ontspringt in de Vogelsberg en 97 kilometer verderop opgaat in de Eder. De route is wel een stuk bultiger dan de Lahntalradweg, maar dat hebben we gecompenseerd door gewoon wat minder te fietsen.


En weer de hele dag een strakblauwe lucht. Het leven kan best wel mooi zijn, zelfs met die blauwe lucht.

V: 89.222; A: 89.322