noordpolderzijl

noordpolderzijl

zaterdag 20 oktober 2018

najaarstocht – 19: en weer thuis

Vaste lezeres LdM vond dat we voor ons doen erg lang in de buurt van Maaseik bleven staan. Sorry L: we zijn al hoog en breed weer thuis. Geen zin, geen tijd, geen mogelijkheid en zo gehad om een eind te breien aan het verslag van onze najaarstocht 2018. De militaire precisie  en discipline laat toch wat te wensen over wanneer de AOW eenmaal uitgekeerd wordt. Maar bij dezen (let op de n!)

maandag 15 oktober: @ tolkamer
Nog even een meningsverschil met de juffrouw van de receptie bij camping Zavelbos in Opoeteren. Bij het afrekenen werd ons 7 € extra in rekening gebracht: meerverbruik sepkey (een soort pasje waarmee warmwaterverbruik en zo geregistreerd wordt). We hadden het kunnen weten vond de tuthoela want het staat allemaal in de algemene voorwaarden (nooit gekregen). Volgens ons is een Acsi-prijs een all-in-prijs waar hooguit nog wat toeristenbelasting bovenop komt. “Dit zijn de regels en zo wordt het gespeeld”, waren de woorden van Miep (of iets van gelijke strekking). Verbaasd door dit boevengedrag (na de Italianen nu ook de Belgen al) vertrokken we zonder rekening, dus geen poot om op te staan als we bij de Acsi verhaal willen halen.

Binnendoor naar de A73, vervolgens over de B9 in Duitsland (Kleef en zo), de Rijnbrug over (deze keer bij Emmerich) en voor je het weet sta je aan de Europakade in Tolkamer. Op tijd om een glimp op de vangen van het takje dat we een paar dagen geleden in de Prüm hebben gegooid. Niet gezien trouwens. Volgens W had ik voor de tijd een berekening moeten maken van de stroomsnelheid van de Prüm, de Sûre, de Moezel en de Rijn en rekening moeten houden met eventuele obstakels onderweg en de haakfrequentie van een takje van 33,6 cm, zodat met een tolerantie van 15 minuten het voorbijdrijven van het object bepaald had kunnen worden. Weer een gesprek op hoogstaand niveau dus.
Het was overigens poepjedruk op het water. Door de lage waterstand kunnen de schepen minder lading meenemen en moeten ze dus vaker varen om alle vracht van A naar B te krijgen. De laatste keer dat we hier waren (met de auto overigens) was in januari van dit jaar toen de waterstand op 14,64 m boven NAP stond. Vandaag gaf de meter 6,70 m aan, een verschil dus van bijna 8 meter. Een ondernemer (Kade 5 en Kade 7) gebruikt de waterstand in de Rijn voor een goed doel: hij verkocht in januari flesjes met hoog en nu in oktober met laag water. De flesjes met laag water zijn niet helemaal gevuld, maar voor dat lage water betaal je ook wat minder.

Nu blijkt ook nog dat Rijnwaarden begin dit jaar is gefuseerd met Zevenaar in het kader van de gemeentelijke herindeling. Dacht eerst nog dat de nieuwe gemeente Rijnwaarden-Zevenaar zou heten, maar het blijkt gewoon Zevenaar te zijn geworden. De twaalf strepen in de Z van het logo staan voor de twaalf kernen van de huidige gemeente. Je ziet: er is over nagedacht.
Beetje bootjes kijken, luieren, dutje doen: afkicken van de reis dus. Op verzoek van W de reis afgesloten met pannenkoeken (graag zelfgebakken). Nog steeds een prettig temperatuurtje.
V: 124.545; A: 124.698

dinsdag 16 en woensdag 17 oktober: ont-echten in uelsen
Je hoort wel eens van mensen die een groepsreis gemaakt hebben dat ze eerst een paar dagen moeten ontgroepen voor ze weer deel kunnen nemen aan de samenleving. Ik moet na een tijd boven op elkaars lip zitten even ont-echten. W dus afgeleverd @ home (nog wel even een bezoek gebracht aan de twee oude moeders) en toen vertrokken naar Uelsen, waar ik tijd had om onze nazomerreis nog eens kalmpjes aan na de lopen.

V (thuis): 124.744; A/V (Uelsen): 124.833; A (thuis): 124.925                    
en hoe was de reis?
W wilde dolgraag naar Italië. Toen de plannen uitgewerkt werden en Noord-Italië gecombineerd zou met een stukje Duitse/Oostenrijkse Alpen kon ik mijn aanvankelijke bedenkingen (Italië is een boevenland) in de ijskast parkeren en begonnen we aan een uiterst aangenaam reisje dat ruim vier weken en 4.000 kilometer later weer thuis eindigde na Duitsland, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Italië, Frankrijk, Luxemburg, Duitsland en België met een bezoek te hebben vereerd. Ik beperk me tot enkele hoogtepunten.


neuschwanstein
Het kasteel van Doornroosje, gebouwd door de gekke koning Ludwig van Beieren, stond al lang op mijn verlanglijstje. Niet om het van binnen te bekijken: daarbij komt veel te veel organisatorische poespas bij kijken, maar om het van buiten gezien te hebben. Hier wordt toerisme met een hoofdletter geschreven, maar ondanks dat was het goed te doen. Met de bus naar boven, rondje lopen (brug, kasteel, uitkijkpunt) en wandelend naar beneden. En dat allemaal op een zonovergoten dag waardoor de "suikertaart" (het kasteel dus) zich van haar beste kant liet zien. Een speciale parkeerplek voor busjes en witte dozen, allemaal goed geregeld en aangegeven.


 

deutsche alpenstrasse/zugspitze
Een tweede todo-tje was het rijden van een deel van de Deutsche Alpenstrasse: mooi en je moet het eens in je leven gedaan hebben. We kwamen uiteindelijk terecht op een camping aan de voet van de Zugspitze. Een erg intensieve wandeling bultaf gemaakt (we hebben nog dagen naweeën gehad; jawel: alle twee).


naar Italië
Het weer werd aan de noordzijde van de Alpen onbetrouwbaar. Plan A (vanuit Salzburg naar het zuiden fietsen) hebben we snel ingeruild voor plan B: naar de zon in het land van de broccoli, koffie, honderd soorten pasta's, pizza en het schepijs. Op naar de tomaten en de olijfolie. Italië dus. We begonnen aan het meer van Caldanazzo, waar het in vergelijking met het Gardameer dat we daarna aandeden, erg rustig was. Het seizoen in Caldanazzo liep ten einde: de ene camping na de andere sloot haar poorten. Bij het Gardameer kun je nog een maandje langer terecht. Weinig parkeerplekken in dit gedeelte van Italië, dus een stop voor een foto of een bammetje zit er meestal niet in. Ook even wennen aan de rijstijl van de Ito's: inhalen vlak voor een bocht is vrij normaal en de witte verf voor een zebrapad wordt algemeen beschouwd als verspilling van materiaal. Allemaal erg netjes; hier aan de lago's geen last van halfnaakte Britten. Het is het gebied van Nederlanders, Duitsers en keurig geklede Italianen. Vanaf het Gardameer kun je vrij gemakkelijk met de trein naar Verona. Mooie stad.


Meer cultuur hebben we opgedaan in Venetië, waar we aan de overzijde van het water stonden op een camping in Fusina (elk uur een bootverbinding naar het centrum van Venetië). Je moet het eens gezien hebben, maar het was hakkentrappen bij de highlights. Af en toe een zijstraatje induiken is dan een verademing. Lange rijen wachtenden voor de basiliek en het dogenpaleis, dus de binnenkant van die gebouwen later maar op internet bekeken. Na Bologna weer een dag of zo later zeiden we tegen elkaar: "Nu even geen steden meer!"

Contact gelegd met familie die "ergens in de buurt" zou rondzwerven. Afspraak gemaakt om elkaar te ontmoeten en gezellig samen een paar dagen opgetrokken. Grote voordeel: W kon een wandeling maken waarvoor ik bedankte: een gedeelte van de wandelweg langs Cinque Terre. Zware tocht (volgens W), maar goed te doen: geen last gehad van veel mensen. Dat hadden we de volgende dag wel toen we een boottochtje gingen maken om de vijf dorpen eens van de waterkant te bewonderen. En drs. P riep nog "de boot is vol!" Nog een gezamenlijk fietstochtje langs zee bij Sanremo samen met zus en zwager en toen scheidden zich onze wegen. Italië was mooi, maar druk. Misschien komt dat ook doordat we veel toeristische dingen bekeken hebben. Eindconclusie Noord-Italië? Mijn vader zou zeggen: "Italië is een mooi land, alleen jammer dat er zoveel Italianen wonen". Land is prettig geprijsd als je niet op de eerste rang wilt zitten. Terrasje buiten het toeristencentrum kan honderden procenten schelen. Bevolking: wisselend in vriendelijkheid. En: weinig echte boeven gezien. 

 

terug naar huis
De terugreis verliep door de Franse Alpen: pasjes vermijdend bij slecht zicht en haarspeldjes nemend bij redelijk weer. Verrassende dingen tegengekomen, met name de Gorges de la Blanche. Neem daar vooral de weg met het nummer D900C en je blijft genieten. Mooi fietspad gezien in de buurt van Langres en de eerste kraanvogels dit najaar gespot bij het Lac du Der. Eindelijk weer eens het rondje meer kunnen fietsen (dun zonnetje erbij, het was genieten).



Fietsen langs de Prüm en een bezoekje aan de Teufelsslucht in de buurt van het Duitse Irrel is ook aan te raden. Echternach in Luxemburg is op een steenworp afstand. En tenslotte maakten Opoeteren (bij Maaseik) en Tolkamer onze mooie reis compleet. Gekozen voor het goede weer, dus (vrijwel) niet te klagen. De mooie zomer is inmiddels zo'n beetje voorbij, dus tijd voor hachee en vrijwilligerswerk. En: was ik 40 jaar jonger en had ik niet zo snel last van koude voeten, ik begon subiet mijn snowboard te waxen. Puzzel nog even een nieuwe voorruit en dan waarschijnlijk de stalling in. Een mooie reis, trouwens een heel mooi jaar. En onze allermooiste conclusie dit jaar: we hebben het niet over de vraag of het glas halfvol of halfleeg is; in beide gevallen kan het namelijk bijgevuld worden.