noordpolderzijl

noordpolderzijl

donderdag 10 oktober 2019

najaarstocht 2019 – 11: de oostelijke pyreneeën van spanje

donderdag 10 oktober: @ pont de suert 

Het was een kleine verplaatsing vandaag, maar het nam de nodige tijd in beslag. Dat kwam ook doordat we voor het verlaten van Spanje (waarschijnlijk morgen) nog even groots wilden inkopen. Het scheelt teveel met Frankrijk. Helaas zouden we op onze weg naar het noorden geen Spaanse-huissuper-met-Duitse-roots meer tegenkomen, dus nog even gezellig een keer de kloof van Olvena gedaan van noord naar zuid en met een volgepakte koelkast nog een keertje van zuid naar noord. Heb in mijn vorige verhaal vergeten te vertellen dat onze camping in de zuidelijke uitlopers van de Pyreneeën ligt. Waarvan akte. Rustige camping trouwens dat Lago Barasona. Minpuntje? Ja eentje: de juffrouw van de winkel heeft het brood van gisteren teveel opgepept om het als brood van vandaag te kunnen verkopen. We houden wel van korst maar om nu te gaan ontbijten met hamer en beitel is een beetje teveel van het goede. Schade later maar ingehaald met lekkere dingetjes van de Lidl. Wel in de lange broek inmiddels, W natuurlijk nog niet: iets meer een bikkeltype. 

De bedoeling is dat we een dezer dagen de grens met Frankrijk oversteken via de Vielhatunnel. W heeft vlak voor die tunnel nog een leuke camping gevonden. We hadden drie opties om er te komen: 
1. Een snelle (rode) weg via de N123 en de N230 (niet avontuurlijk genoeg); 
2. Google volgen via witte weggetjes door het binnenland, geen groene biesjes (W houdt niet zo van witte weggetjes in de bergen). 
Het is mogelijkheid drie geworden: geel en groen. 

Barbastro, we waren er al eens (vlakbij). In september 2017 hebben we (op weg naar de kust) de A138 van Ainsa naar Barbastro gevolgd, dus naar het zuiden. Nu gingen we vanuit Babastro naar het noorden via de N123a langs de Rio Esero, een zijrivier van de Rio Cinca die op zijn beurt weer in de Ebro uitmondt. Bovenstaand kaartje laat het stroomgebied van de Ebro en de Cinca zien. 

In de buurt van Campo begon de N260. Het eerste stuk tot aan Castejón de Sos was het meest spectaculaire stuk van de route van vandaag. We gingen door de Congoste de Ventamillo (zie geleende foto’s van verpueblos.com en mapio.net). Een weg waar je blij bent dat je niet al te veel vrachtwagens tegenkomt. De Rio Esera lag er mooi bij. Het tweede deel van Castejón de Sos tot aan El Pont de Suert zag er op de kaart woester uit dan het in werkelijkheid was: een goed berijdbare bergweg over de Coll de Espina (1407 meter) en de Coll de Fadas (1470 meter). Vandaag weer weinig vakantieverkeer. 


De N260 wijkt af van andere nationale routes door Spanje. Deze weg is niet in zijn totaliteit aangelegd maar men heeft verschillende bestaande secundaire of zelfs lokale wegen aan elkaar geknoopt tussen de Franse grens bij Portbou aan de Middellandse Zee en Sabiñánigo bij Biescas (ruwweg een afstand van 470 kilometer). Voeg daarbij dat je door een bergachtig gebied (de oostelijke Pyreneeën) rijdt en je krijgt een weg met eigenschappen die totaal niet lijkt op de standaard nationale weg. Wel mooi, maar een samengeraapt zooitje. Ook van de N260 hebben we in 2017 een stukje gevolgd en wel van Gavin naar Ainsa. 


Tegen tweeën kwamen we aan op camping Alta Ribagorça (Campercontact 24.445), een beetje rommelig (in een recensie schrijft iemand: “de bazin heeft een artistieke inslag”), maar voor 15 € zijn we van alle gemakken voorzien. W vond het zwembad te koud, dus moest er gewandeld worden. Niet te ver (8000 stappen) want er zat behoorlijk wat hoogteverschil in de “beslist vlakke weg” die ons door de dame van de receptie was uitgetekend. W kon het natuurlijk niet nalaten om een steenmannetje te bouwen, dus weer een foto om aan de verzameling toe te voegen.


We zitten inmiddels vlak voor de Vielha tunnel, dus morgen wordt de standaardbegroeting “Hola”, ingewisseld voor “Bonjour”. 


V: 144.705; A: 144.840 
Rijtemperatuur: tussen 10 en 21 graden; strakblauwe luchten.