noordpolderzijl

noordpolderzijl

maandag 24 september 2018

najaarstocht – 5: valsugana


Je kunt een lange broek en een wintertrui uit de kast halen, de geitenwollensokken en dichte schoenen aantrekken en in het noorden blijven, we hebben gekozen om in korte broek en met blote voeten in de sandalen de Alpen over te trekken. Kortom: in een paar uur een verandering van 9 naar 26 graden. Ziehier het grote voordeel van een campertje. W had deze keer (zoals wel vaker) het voorbereidende werk gedaan en mij blij verrast met bijgaande foto (bron: VVV van Valsugana), dus op naar Italië, naar de Valsugana: een brede vallei net ten zuiden van de Dolometen in de Italiaanse provincie Trentino.
zaterdag 22 september: @ calceranica al lago

Het leek te mistig voor de Fernpas, dus gekozen om met de vlam in de pijp onze 3,5 ton diesel door de Brennerpas te scheuren. Wat een kermis, wat een drukte. Het is zelfs zo druk dat men probeert een rem te zetten op het zware verkeer. Dat doet men door een aantal dagen per jaar te werken met zogenaamde Blockabfertigungen. Dat betekent dat men op drukke dagen bij Kufstein het vrachtverkeer richting het zuiden gaat doseren. Men laat op deze dagen maximaal 300 vrachtwagens per uur de Brennerpas passeren. Het uiteindelijke doel is om een deel van het zware vervuilende verkeer te verplaatsen naar de spoorweg die ook door de Brennerpas loopt. In 2007 is men begonnen met de bouw van een spoortunnel, de Brennerbasistunnel, die waarschijnlijk in 2025 gereed komt. We betaalden 9,50 Euro voor het Oostenrijkse deel van de Brenner Autobahn (de A13) – alleen de Europasbrücke was dat het al waard – en vervolgens nog een kleine 3 Euro voor het Italiaanse deel van de Autostrada del Brennero  (A22) tot aan Brixen, waar we de Via Brennero (Bundesstrasse) genomen hebben om de zenuwen van W enige rust te geven, ze zat de hele tijd met samengeknepen billen mee te remmen.
Hoe krijgen ze het voor elkaar: door een smal dal persen ze een autoweg, een normale weg, een riviertje (de Eisack/Isarco), een spoorlijntje en een fietspad. Op de plekken waar het dal ietsje breder wordt is ruimte om huizen te bouwen. En dat alles moet nog in twee talen aangegeven worden ook: we zitten immers in Zuid-Tirol, het gebied dat tot aan 1919 aan Oostenrijk toebehoorde.

Ten zuiden van Bolzano/Bozen stroomt het water van de Eisack in de Adige (Etsch) die uiteindelijk vele kilometers later in de Adriatische Zee uitmondt. De Adige is vaak in het nieuws: het is een zeer onvoorstelbare rivier; door het smeltwater kan de rivier dramatisch stijgen. En de Duitse naam van de Adige (de Etsch) kennen we weer van het Lied der Deutschen (ook genoemd het Deutschlandlied), het beetje beladen volkslied van Duitsland; melodie Joseph Haydn (1797), tekst August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1841). Beladen vanwege het eerste couplet:
Deutschland, Deutschland über alles
über alles in der Welt,
von der Maas bis an die Memel
van der Etsch bis an den Belt
wenn es stets zu Schutz und Trutze (= weerstand)
brüderlich zusammenhält.
Deutschland, Deutschland über alles
über alles in der Welt.


De grenzen die door de rivieren aangegeven worden geven het Groot-Duitsland van 1841 (dus inclusief Oostenrijk) weer. Sindsdien is er behoorlijk was afgeknabbeld van het grondgebied van het Deutsche Reich. Het Deutschlandlied is in 1922 het officiële volkslied van Duitsland geworden, na de Tweede Wereldoorlog wordt alleen nog het derde couplet gezongen:
Einigkeit und Recht und Freiheit
für das deutsche Vaterland!
Danach lasst uns alle streben
brüderlich mit Herz und Hand!
Einigkeit und Recht und Freiheit
sind des Glückes Unterpfand.
Blüh’ im Glanze dieses Glückes,
blühe deutsches Vaterland.


En al zingend en al jodelend kwamen we in het dal aan met de mooie naam Valsugana, met twee meren en heel veel appelbomen. Een beetje moeite om hier nog een plekje op een camping te vinden: het merendeel is al gesloten, velen sluiten deze week, zodat het dringen is bij de slagbomen die nog wel open gaan. Bij de eerste camping vingen we bot: vol (vanaf morgen weer voldoende plek), bij de tweede konden we nog net één nachtje staan (op zondagavond gaat het hek dicht, want einde seizoen). De camping had wel een hele mooie naam: Campeggio Belvedere di Paternolli Bruna. Acsi-tarief 17 € (+ 2 € tassa di soggiorno; bij het woord toeristenbelasting frons je even je wenkbrauwen, maar tassa di soggiorno betaal je met veel plezier).
Beetje problemen met veel lichaamsdelen: de afdaling in Grainau is ons niet in de koude kleren gaan zitten. Zelfs het trapje van de camper af is al een hele opgave. “Gewoon een stevige wandeling maken, dan gaat het vanzelf over”, sprak oma Sien toen W haar moeder aan de telefoon had. Dus: een voorzichtige wandeling langs het meer van Caldonazzo.


Ik heb altijd beweerd dat Italianen boeven zijn. Een vooroordeel? Moeten ze me niet aankomen met bijgaand bordje, dat je niet op één poort, maar op tientallen geschroefd ziet. De meeste huizen zijn verlaten, het seizoen is voor de meeste Italianen voorbij, dus honden zullen er ook wel niet meer zijn.

V: 121.957;  A: 122.217
zondag 23 september: @ calceranica al lago

Een rustig zondagochtendje met een uitgebreid ontbijt, dringend noodzakelijk poetswerk (een klein halfuurtje) en een koffiekwartiertje van minstens een half uur. Lachen om websites van toeristenorganisaties; wat vind je bijvoorbeeld van de volgende zin: “Heeft u ooit een koe gehad of er één van dichtbij gezien? Adopteer nu een koe!” Daarna een monsterverplaatsing van 2,5 kilometer naar een camping die nog open is tot 4 oktober: camping Fleiola, daar waar we gisteren het woord VOL te horen kregen. Leuke camping op een schiereilandje en met een eigen strandje. Zo’n 20 Euro per nacht. Inclusief gratis wifi. Stuurt W nevenstaande jaloersmakende foto naar haar broer in het kille en regenachtige Nederland, krijgt ze als antwoord terug: heb je al die kilometers afgelegd om vanuit je camper uitzicht te hebben op zo'n lelijk ding?
 
Op de fiets langs het meer van Caldanazzo naar het historisch centrum van Pergine Valsugana waar vooral het kerkhof diepe indruk maakte. Onderweg werden we nog tegengehouden door een verkeersregelaar omdat een aantal Italianen met teveel testosteron een autorace hielden en vooral op rotondes hun best deden om het rubber van hun banden te laten roken. Daarna naar Levico Therme aan het tweede meer van dit dal, inderdaad: het meer van Levico. Een kuuroord uit de 19e eeuw met stijlvolle (lees: dure uitziende) hotels en terrasjes waar W me niet op een stoel kon praten. Heb het niet zo op dit soort plaatsen.
 
maandag 24 september: @ calceranica al lago

Langs de camping loopt het fietspad dat vernoemd is naar de Romeinse Via Claudia Augusta. Deze weg liep door ons dal en verbond de Adriatische Kuststreek (Venetië) met Beieren (Augsburg). Een deel van het pad loopt langs de rivier de Brenta, dus bordjes met Brentafietspad en Via Claudia hebben hier dezelfde bedoeling: die kant op! Van de stevige wind die we op de camping aan het meer goed konden voelen hadden we tussen de appelboomgaarden geen last. W wilde nog even dat ik een foto van haar maakte terwijl ze een appel plukte, maar toen ik vertelde dat dat ongekleed moest en dat ze daarna de appel aan mij moest geven en dat een dergelijke gebeurtenis heel lang geleden geleid had tot doffe ellende, hoefde het niet meer. Doorgefietst naar het station van Roncegno Terme en toen terug. De trein heeft in de maanden juli en augustus plek voor 32 fietsen, daarbuiten slechts voor 2 die dan ook meestal nog gereserveerd zijn. Die gok hebben we niet gewaagd en dus teruggekeerd op onze schreden met wel voor een deel een andere route (lees: met een heel venijnig klimmetje). W had dan ook 3 kilometer voor de eindstip alle accu’s leeg en mocht zwaar werk verzetten. Ondanks dat: een heel mooie dag.