noordpolderzijl

noordpolderzijl

donderdag 30 juni 2022

zomerreis 2022 – 4: door skåne en blekinge naar småland

Hebben ze in Zweden alles piekfijn in orde, ontbreekt een fatsoenlijke 4G-verbinding op deze plek. Het grote probleem is dat we dan eigenlijk helemaal niks meer hebben. Dat we geen televisie meer kunnen kijken is helemaal geen probleem, net zo min als het dagelijks publiceren van mijn blog een eerste levensvereiste is (nou bijna dan), ook de verschillende spelletjes die W online speelt kan ze wel missen en de krant lezen we wel een dagje later, informatie over de omgeving van internet plukken kan op een ander moment en voor de weersverwachting kunnen we ouderwets naar boven kijken en niet naar onze schermpjes, maar het niet kunnen beschikken over Google Maps (ons navigatiesysteem) en het lieve meisje van Komoot, dat samen met mij wandel- en fietsroutes in elkaar knutselt, maakt het leven bijna ondraaglijk. ‘t Is toch wat die moderne tijden. Daarom besloten om naar één van onze volgende highlights te reizen, maar niet na eerst een wandeling gemaakt te hebben door de mooie tuin van het kasteeltje dat vannacht over ons gewaakt heeft.

donderdag 30 juni: @ urshult

Fijn geslapen met nog acht andere campers op het parkeerterrein. Werd pas om half acht wakker, W ruim een uur later. Eerst dus een wandeling door de tuinen van het kasteel. Het slot heeft een geschiedenis die teruggaat tot de veertiende eeuw. Het huidige gebouw dateert van 1537 en is een paar keer gerestaureerd. Parken en tuinen werden veel later (negentiende en twintigste eeuw aangelegd). Zoals veel van die pandjes overal in de wereld gold dat het als particulier niet meer op te brengen was om een landgoed in stand te houden. Daarom werd in 1970 het geheel (kasteel en andere gebouwen, kasteelpark, beukenbos en bouwland) aangekocht door de stad Malmö, die de traditie van vorige eigenaren vervult om "te behouden wat je hebt ontvangen". Je mag vrij wandelen op het landgoed. Voor W was het heel fijn dat het park de beschikking had over toiletten in het gebouw bij de hoofdingang.

We kwamen beiden tot de ontdekking dat het Zweeds echt abracadabra voor ons is. Hebben we geen moeite met Engels, Frans, Duits en lukt zelfs Spaans en Portugees redelijk, Zweeds is (in ieder geval tot nu toe) een ramp. Ja, bepaalde woorden kunnen we nog herleiden, maar over het algemeen komen we bordjes tegen waarvan we zeggen “laat maar waaien”. Geef twee voorbeelden. Google liet later weten dat het verbodsbord niet geldt voor speciale voertuigen (gäller ej fordon met tillstand) en blijf op de paden (folj gångar och stigar) want de planten in het bos zijn gevoelig om vertrapt te worden door je grote poten (många av skogsdungens växter är känsliga for trämp). Dat laatste is wel een erg vrije vertaling.

Binnendoor naar Urshult, snelwegvermijdend dus. We doorkruisten eerst de twee meest zuidelijke gewesten van Zweden, namelijk Skåne en Blekinge. Dit stuk kwam pas ergens in de zeventiende eeuw bij Zweden en was tot die tijd Deens en dat zie je aan de bouwwerken, met name de kerken en kastelen (en daar stikt het hier van). Bij één van die kastelen zijn we even gestopt, het Bosjökloster, volgens onze kaart een bezienswaardigheid. Och, een mooi kasteel, oorspronkelijk een nonnenklooster. Mooie kerk erbij. Kunnen we ook weer afvinken. Mijn drone had geen power meer, dus je moet het doen met een luchtfoto van internet. De foto’s van de kerk zijn wel eigen werk.




Tegen drieën neergestreken op camping Rävabacken in Urshult. We zitten dan in een andere provincie namelijk Småland. Het een kleine gezellige camping aan het
Åsnenmeer en we hebben al een paar fietsroutes klaar liggen. Vandaag niet, W moest zwemmen en ik had wat achterstallig blogwerk. Geboekt tot zondag, dus morgen linksom en zaterdag rechtsom: zo komen we de dagen wel door. Prima voor elkaar hier, 4G is belabberd maar de camping biedt gratis een snel wifinetwerk aan, dus niks te klagen. Kosten camping ca. € 28,00 per nacht, voor Zweedse begrippen redelijk hebben we vernomen.


Rijtemperatuur: 24 – 27 graad; V: 179.619; A: 179.810 (wel zo’n drie uur over gedaan); zon op/onder: 04:13/21:53 (gegevens Tingsryd, dat op zo’n tien kilometer afstand ligt); halfbewolkt, later op de middag trok het dicht. Een mooie dag. En morgen? Morgen is er weer een dag, dan gaan we op de fiets (waarschijnlijk rond het meer).

zomerreis 2022 – 3: en toen was er zweden

We hebben het lieflijke Celle achter ons gelaten. Voor de liefhebbers: Celle komt van Kellu, wat nederzetting aan de rivier betekent. Deze benaming komen we al in 986 tegen. Celle is groot geworden doordat het een handelsplaats was op de route tussen Brunswijk en Bremen. Van 1665 tot 1705 was Celle een adellijke residentie. Het ging goed met Celle door de eeuwen heen. Zelfs de Tweede Wereldoorlog is voor Celle redelijk goed afgelopen: de oude binnenstad is  ongeschonden uit de Tweede Wereldoorlog gekomen, omdat alleen het stationsgebied werd getroffen door geallieerde luchtbombardementen. Een nare gebeurtenis vond evenwel plaats op 8 april 1945: het station van Celle werd gebombardeerd. Op het spoorwegemplacement stond op dat ogenblik een trein, waarin zich 4.000 gevangenen uit nabijgelegen concentratiekampen bevonden.   Deze trein werd ook door de bommen geraakt, waarbij honderden gevangenen omkwamen. Meer dan 500, wellicht zelfs duizend anderen echter wisten te ontsnappen naar een klein bos ten westen van de stad, het Neustädter Holz. In de daarop volgende dagen werden dezen vrijwel allemaal door de SS en door inwoners van Celle opgejaagd en gepakt; zeker 170 van hen werden daarbij doodgeschoten, 500 op een dodenmars naar het concentratiekamp teruggestuurd. Deze gruwelijke moordpartij is met een cynische benaming als de Celler Hasenjagd de geschiedenis in gegaan, dus zo lieflijk is Celle eigenlijk helemaal niet.

woensdag 29 juni: @ torup slottspark

Al om acht uur op weg. Ontbijtje onderweg na een uur rijden of zo. Voor een groot deel de B191 gevolgd: Celle – Uelzen – Dannenberg – Ludwigslust. Mooie wegen: links bomen, rechts bomen en in het midden asfalt. Boodschappen bij de Lidl in Dannenberg, net voor de ehemalige Deutsch-Deutsche Innengrenze. In dit gebied vormde de Elbe de grens (100 km of zo?). Vanaf Dannenberg is de B191 is eigenlijk een kutweg: 60 km, 50 km, 80 km, 70 km en af en toe zelfs 30. En natuurlijk behoorlijk wat flitspalen. Ben bang dat ik weer zo’n vakantiefoto thuisgestuurd krijg op een plek waar ik om zeer onduidelijke redenen maar 60 mocht rijden en 64 op mijn telefoon zag staan. Nog een erfenis van de DDR? Tanken even later voor € 2,039 per liter. Je schrikt je elke keer opnieuw een hoedje als je weer meer dan € 200,00 mag aftikken. Geruststellend idee: in Zweden is de diesel twee kwartjes per liter duurder, dus vandaag zijn we goedkoop uit. 

Na Ludwigslust werd het autosnelweg rijden, waarbij we mooie plaatsen als Schwerin en Wismar letterlijk links lieten liggen. Op tijd voor de boot in Rostock, maar dat kun je van een Nales verwachten, alhoewel deze keer maar één uur te vroeg. Niet eens de eersten en voor de duidelijkheid: de rij na ons was veel kleiner dan die vóór ons. Nog wel een groot avontuur meegemaakt: in een zeer krappe bocht (details A14 – A20) vloog de koelkast open. Bier heel, pot mayonaise heel, alleen een bakje met uiensoep meende zich spontaan door de bus te moeten verspreiden. Wist niet dan een halve liter van dat spul zo’n zooi kan maken. Het meeste kwam in de douchebak terecht (zie foto) maar de uienslierten konden we (lees W – er past maar één gebukt persoon tegelijkertijd in dit middenstuk van de camper) ook van kastdeuren en douchegordijnen verwijderen. Vermoedelijk meurt het nog dagen naar verrotte uien. Weeïg geurtje dus. 


De boot dobberde heel rustig over het water van de Mecklenburger Bucht en de Oostzee, terwijl we het grootste deel van de reis, die zo’n zes uur duurde, aardig konden bijkleuren op het buitendek in het zonnetje. Trui was niet nodig, een T-shirt volstond. Een soort minicruise dus: gewoon een paar uur niks doen en een hapje eten. Filosoferen over de naam van het watertje waar we over varen en proberen voor te stellen wat voor soort vakantie de kapitein van onze boot straks gaat houden: misschien wel een cruise over de Baltische
  wateren op aandringen van zijn vrouw. Kijken naar de geparkeerde voertuigen op ons dek 5 en proberen de logistiek van het parkeren in kaart te brengen: welke rij gaat straks als eerste van de boot af? Kibbelen over het verschil tussen de Oostzee en de Baltische Zee. Blijkt uiteindelijk hetzelfde water te zijn. Voor Letland, Litouwen, Rusland en Polen ligt de Oostzee in het geheel niet ten oosten van dat land. Zij noemen in hun taal deze zee dan ook de "Baltische Zee". Hetzelfde geldt geografisch voor Finland, maar in het Fins gebruikt men toch de naam Oostzee. Estland is een beetje eigenwijs: ze noemen deze zee namelijk de Westzee ("Läänemeri"). Diepzinnige gesprekken dus. Een espresso en een cappuccino 7 €, twee broodjes garnalen en een halve liter water € 25,00.















Keurig op tijd (21:10 uur) meerden we af, maar toen duurde het nog een kleine drie kwartier voor we mochten debarkeren. Eigenlijk zoals bij elke haven een puinhoop: het hele spul moet door de douane en die jongens hadden maar een paar poortjes open. W had als overnachtingsplek een parkeerplaats bij een pittoresk kasteeltje op 35 minuten rijden van de boot uitgezocht, officieel “Torup Slottspark och trädgård”, code Campercontact 12.611.
“Prima plek om je voor te bereiden op de terugreis met de veerboot naar Duitsland of bijkomen van de overtocht naar Zweden. De CP ligt pal aan de overigens rustige weg, maar als je doorrijdt naar de grote parkeerplaats is het rustig”, volgens een recensie op Campercontact. Een prima plek om tegen half elf ’s avonds aan het bier te gaan.

Rijtemperatuur 20 – 25 graden, na aankomst in Zweden 17 graden, maar toen liep het dus al tegen tienen. Licht tot half bewolkt, weinig wind (fijn op de boot). Zon op/onder: 04:29/21:52 (gegevens Trelleborg).

dinsdag 28 juni 2022

zomerreis 2022 – 2: fietsen langs de aller

Jongste zus zit met haar man (en een Deense dog) in Zweden en zijn op zoek naar betaalbare huisjes. We kregen via Whatsapp bijgaande foto toegestuurd. Eigenlijk best interessant, ben benieuwd wat het moet kosten en of het een beetje afgelegen ligt. Hamvraag is eigenlijk: heeft het nutsvoorzieningen? Of ik ons er al een paar maanden per jaar zie wonen, vroeg W. Denk het eigenlijk niet. Misschien een leuk plekje voor familiebezoek of de jaarlijkse familiereünie die we dan een beetje kunnen uitbreiden. Ligt in de buurt van Hörsångs Camping & Havsbad, een kleine 500 kilometer ten noorden van Stockholm aan de Botnische Golf. Misschien komen we er nog? Was overigens een vraag van L te D: wat zijn jullie reisplannen? Antwoord is heel simpel: die hebben we niet! Eén uitzondering dan: de kano is geboekt voor a.s. woensdag en verder zien we het wel. Hoe lang? W houdt het op drie weken, ik op drie maanden. Zal ongetwijfeld een compromis worden van een maand of zo. Kan W nog net haar verjaardag in Nederland vieren, gebeurt bijna nooit.



dinsdag 28 juni: @ celle

Stippel maar een mooie route uit naar het Deutsches Erdölmuseum in Wieze en graag via de Allerradweg”, was de opdracht vanmorgen tegen achten, terwijl W net wakker geworden was op de camperplaats in Celle die door de gemeente als volgt omschreven wordt: In zentraler Lage und Innenstadtnähe hat im November 2018 der neue Wohnmobilstellplatz seinen Betrieb aufgenommen. Der Platz ist mit 45 großzügigen Stellplätzen ausgestattet, davon acht für Reisemobile bis 14 Meter Fahrzeuglänge. In Sachen Ausstattung wartet der Wohnmobilstellplatz am Badeland in Celle mit reichlich Extras auf. Die Gäste erwartet ein modernes und behindertengerechtes Sanitärhaus und durch die unmittelbare Nähe zum Celler Wasservergnügungstempel „Badeland“ ist auch relaxen nach einer längeren Tour kein Problem.” Overigens mudjevol gisteravond tegen zessen.

Half tien zaten we al op de fiets richting Wietze. Eerst door het Schlosspark van Celle om op de noordtak van de Allerradweg te komen. Schitterende tocht al waren de bordjes soms wat moeilijk te zien in de overvloedige vegetatie: lover genoeg, maar dan niet in de variant “de lover” maar “het lover”, gebladerte dus. En toen waren de bordjes ineens weg en mocht zij van Komoot het overnemen. Mijn vriendinnetje heeft zo haar voorkeur: mountaintracks graag. De paden werden smaller en op een bepaald ogenblik kwamen we op een pad terecht dat bedoeld was voor paarden: duwen met de fietsen dus. We bleven glimlachen, dus ook vandaag geen bloed aan de paal. 




Een ander obstakel vormde de Oldauer Schleuse. Deze sluis hebben we te danken aan de Pruisische staat die in 1907 besloot om de Aller tussen Celle en de samenvloeiing van de rivier de Leine bij Hademstorf te kanaliseren. Men bouwde bij de sluis ook maar een waterkrachtcentrale die in 1972 van de sloop werd gered door het geval uit te roepen tot technisch monument. Tegenwoordig draait de centrale weer volop en levert jaarlijks zo’n 2,5 tot 3 miljoen kilowattuur terug aan het elektriciteitsnet. Op een verklarend bordje stond dat deze constructie de enige in zijn soort in Duitsland is die in originele staat is bewaard en stroom levert aan het net. Je zult maar net zo'n interessant bordje missen!

Het kanaal oversteken was een makkie, de Aller die we daarvoor tegenkwamen daarentegen was een hele beproeving. Met zijn tweeën hadden we moeite om de fietsen één voor één naar boven en vervolgens weer naar beneden te krijgen. Het is gelukt.




De Aller is een rivier van zo’n 263 kilometer die in de buurt van Maagdenburg begint en vanaf Celle bevaarbaar is tot de monding in de Weser bij Verden. De 117 bevaarbare kilometers zijn tegenwoordig alleen maar interessant voor rondvaartboten en pleziervaart, dit in tegenstelling tot de periode 1910 – 1970 toen er veel aardolie en kali vervoerd werd over het water.

Ons einddoel van vandaag (en Wendepunkt) was het Deutsches Erdölmuseum in Wietze. Het museum dat in 1970 geopend is bevindt zich op een voormalig olieveld, dus een locatie waar aardolie is gewonnen. Het toont de geschiedenis van de oliewinning te Wietze (in bedrijf van 1652 tot 1963), alsmede gereedschappen en installaties die daarvoor zijn gebruikt. De tentoonstelling over de moderne oliewinning kan dan wel interessant zijn voor technisch onderlegden maar was aan ons niet echt besteed. Zodra ik de term “geofysisch zoeken naar afzettingen” tegenkom, kruipen mijn hersenen in hun schulp en staan niet meer open voor wat voor voorlichting dan ook over moderne oliewinning. De boortorens, jaknikkers, olievaten en meer van dat spul was wel leuk om te zien. Kwam ook nog een voertuig tegen dat er om schreeuwde omgebouwd te worden tot camper.








Durch duftende Kieferwälder auf gut befahrbaren Wegen” ging het met meisje Komoot terug naar ons Puzzeltje. 26 graden intussen en 52 kilometer verder. Besloten om maar een nachtje bij te boeken en niet nog een eind te gaan rijden. Douchen verplicht en dat kon goed voor een paar dubbeltjes per persoon.

Een hele mooie dag! En morgen? Morgen is er weer een dag, dan moeten we de boot in Rostock halen. Even boodschappen doen en tanken, is hier in Duitsland een stuk goedkoper dan aan de andere kant van de plas.

maandag 27 juni 2022

zomerreis 2022 – 1: celle

Afscheid van het Zotte Schaap in Vragender genomen, we hebben er zes nachten met plezier gestaan op een gevecht met een verdwaalde mug na dan. Een prima plek, grote plaatsen met uitstekend sanitair. Goede uitvalsbasis voor ons avondvierdaagse-avontuur. "Krek wa'k wol", zou mijn vader zeggen. Wel een bejaardencamping, we waren een van de jongsten! Vannacht nog een stevige regenbui over de camper heen gehad, iets van 10 mm of zo. W had vanmorgen nog wat vrijwilligersverplichtingen en ik mocht een bus propaan scoren.

maandag 27 juni: celle

Om half een kon de (zomer)reis naar Zweden beginnen: via de Aldi in Groenlo en een lunchstop in het Zwillbrock op weg richting Rostock, waar de kano woensdagmiddag op ons wacht. Beetje druk op de weg en de route was ook niet bijster interessant. Binnendoor naar de A31, vervolgens de A30 en vanaf Bad Oyenhausen (vroeger fileberucht, maar tegenwoordig gewoon doorrijden) de A2 naar Hannover. Vandaar een stukje A37 en tenslotte de B3; hebben we de wegenparade ook weer gehad.

We zijn al eerder in Celle geweest, namelijk in 2016. We hebben toen een korte stop in dit stadje gemaakt want we hadden water nodig en de camperplaats had wel water maar ik niet de juiste hulpstukken. Ik schreef toen: “De puzzel hadden we geparkeerd op een immens groot parkeerterrein tussen andere busjes, bussen, dozen en grote dozen. De bedoeling was dat we op deze parking zouden overnachten (het is gratis, zei W). Helaas: out-of-water; gewoon een verkeerde planning, of teveel afgewassen en de wc te vaak doorgespoeld. Er was wel een sanizuiltje, maar die was bedoeld voor campers-die-alles-kunnen, oftewel campermensen die het juiste verloopstukje voor hun waterslang bij zich hebben. Het stoffige parkeerterrein vond ik toch al geen aantrekkelijke ondergrond voor ons nachtverblijf […]”. In acht jaar is er niet veel veranderd, ik begon mijn blog toen met de volgende tekst:Het is elke ochtend weer even wennen: de indeling van de bus is bekend, maar waar staat het puzzeltje vanmorgen ook al weer? Het marmotje doet meestal een uurtje later dan ik de oogjes open en is pas na een kopje thee (te nègre – nog uit Spanje) aanspreekbaar, tegen die tijd is de pot koffie meestal al op. Fijn idee dat we alle tijd aan ons zelf hebben en er géén werkgever meer wacht. Het draaiorgelmeisje had ook goed geslapen en vroeg zich af wat we toch in Duitsland zochten: “Holland ist viel schöner”. Och: in het grensgebied doen Nederlanders boodschappen in Duitsland en de Duitsers vinden het juist aantrekkelijk om bij ons de Einkäufe zu machen, dus reizen zal wel op dezelfde manier gaan.” We werden die ochtend in Cloppenburg wakker en gingen via Celle naar Meissendorf. Eventueel kun je het verhaal van toen (her)lezen op https://berrynales.blogspot.com/2016/06/voorzomerreis-2016-3-celle-en-omgeving.html.

Het werd deze keer Camperplatz am Badeland (code campercontact 4161) waar we de bus neerplakten. Een prachtig verzorgde CP en het sanitair was uiterst schoon. Betalen bij een automaat, maar dat was simpel (volgens W en als W dat zegt moet het uiterst simpel zijn, want ze heeft meestal ruzie met die dingen). € 12,00 stageld en vonkjes 1 € voor 2 kWh. W deed nog een verkennende wandeling door Celle en maakte een paar foto’s, ze had dan ook een uur of vier stil moeten zitten terwijl ik aan het wieltje draaide. Ik had dus genoeg aan een biertje en een luie stoel; daarnaast had ik nog herinneringen aan Celle van acht jaar geleden. W maakte wat foto’s in het stadje en ik vond er nog wat van ons reisje van toen op de laptop. Zo dragen we beiden bij aan het verhaal van vandaag.





V: 178.998; A: 179.313; 
rijtemperatuur tussen 18 en 24 graden; regelmatig een paar druppels.