13 Graden bij het opstaan en mooi kitesurfweer. Heb het nog nooit
gedaan en zal het ook nooit doen: kitesurfen dan, maar het weer was er
uitstekend voor. Een straf windje dat in de loop van de dag alle kanten op
heeft geblazen. Eerst maar eens even op de fiets naar de Consum, voorraden
aanvullen, onder andere het favoriete broodbeleg van W: mortadela (een soort
boterhamworst met knoflook en olijven). Blijkt dat in dit toeristengedeelte de
winkels de afgelopen dagen gewoon open zijn geweest. Na de koffie opnieuw op de
fiets, nu langs het strand van Vera Playa, het dorpje waar C&A vooral in de
zomermaanden erg weinig omzet heeft. Nu viel het reuze mee op een verdwaalde
blote jeu-de-boulespeler na. Mooi tochtje, zoveel mogelijk langs zee, tot aan
Garrucha. Het riviertje leek op de heenweg een hindernis te zijn, op de
terugweg bleek het water net voor zee op te houden en kon je over een vlonderpad het
strand over fietsen. Druk, vooral in de kroegjes en restaurantjes. Pasen is een
groot feest voor de Spanjaarden. Ook wij moesten ons vochtgehalte weer op peil
brengen. In een leuk strandtentje, met de voetjes in het zand, mochten we €
3,50 neertellen voor een biertje en een nepsangria. Voor Spaanse begrippen aan de
prijs, wij lachen er om. 35 Kilometer gefietst, een paar jaar geleden moesten
we van onszelf minstens de dubbele afstand afleggen: het verstand komt met de
jaren.
zondag 1 april: @
palomares
Markt in Villaricos volgens W die de voorbereidingen voor
deze dag voor haar rekening had genomen. Op de fiets naar de zondagse markt,
ook op Eerste Paasdag. Veel groenten en kleding. Gegrilde pollo gescoord, je
moet er voor in de rij staan. Bellen met de thuisfronten, altijd leuk wanneer
je kunt vertellen dat het een graad of 18 is en de zon schijnt. Komen we
onverwacht in de haven een stel mooie meiden en een Mariabeeld tegen: ruikt
naar processie. “Half één gaat het feest beginnen”, aldus een in het zwart
geklede goed Engels sprekende ceremoniemeester, en hij sloot af met “more or
less”, duidend op de klok. Nu betekent dat in Spanje altijd “more” en inderdaad
tegen enen hoorden we muziek, sjouwde men nog meer beelden de bult af naar
beneden en een kwartiertje later ging alles weer achter de muziek aan, bult-op verder het dorp in. Misschien nog meer
beelden ophalen? We zullen het nooit weten. We zijn er over naar huis gegaan.
Een totaal andere processie dan we eerder deze week tegengekomen zijn.Vroeg me al eerder af hoe dat zat met de Paasweek en vasten in Spanje. Staat me van vroeger nog iets bij van geen vlees eten, matigen, niet snoepen en dat soort dingen. Volgens mij hebben Spanjaarden hiervoor een dispensatie van de paus gekregen: kinderen worden schromelijk verwend, de man-met-de-snoepkar doet goede zaken, bij een aantal processies worden snoepjes uitgedeeld door de boetelingen en ook volwassenen doen zich tegoed aan hapjes en drankjes bij de vele eetkramen die her en der staan opgesteld. En de priesters en pastoors? Blijkbaar hebben die een ondergeschikte rol in deze van oorsprong toch religieuze vieringen: af en toe kwam er een zwartjurk voorbij in de optocht of zwaaide een misdienaar met een wierookvat, maar dat was het dan . Nu hebben we inmiddels een groot aantal puntmutsenoptochten meegemaakt, waarvan die in Carthegena twee jaar geleden toch de meeste indruk heeft gemaakt: plechtiger, officiëler en de kleding zag eruit alsof het in de beste modezaken van Spanje was gekocht. In Sevilla leken het meer oude lappen die gedragen werden en mocht er de volgende keer wel wat meer bleekmiddel in het wasmiddel zitten. In sommige plaatsen dragen deftige mannen de paso’s op hun schouders en zijn zichtbaar voor het publiek. In Cadíz en El Puerto (en ook in Sevilla) zijn de mannen onder de doeken van de paso’s verstopt en dragen het loodzware ding op hun schouders. Ze worden regelmatig afgelost en je ziet dan door de optocht van die getatoeëerde macho’s lopen, wachtend op hun beurt om het loodzware beeld door de steile, bochtige en smalle straatjes te torsen, uren achter elkaar.
We sloten ons dagje aan zee af met wederom een fietstochtje
richting Garrucha. Nog een paar kilometer doorbijten en we zouden Mojacar
hebben bereikt, maar na die overheerlijke blonde rakker (ja doe maar een pinto
en geen caña) en deze keer een echte sangia zat er geen puf meer in de benen,
dus via het strand weer terug. Voor Nederlanders een heerlijk temperatuurtje,
Spanjaarden dachten er anders over: niet veel publiek op de stranden,
daarentegen waren de terrassen goed vol.
Het waren mooie daagjes in Palomares, maar morgen een
deurtje verder.