noordpolderzijl

noordpolderzijl

dinsdag 24 april 2018

@ home


maandag 16 april: van ittervoort naar huis

Nog even de koe en haar kalfjes van camperplaats Ittervoort gedag zeggen en snelwegvrij via Duitsland naar huis. Nog voor de noen reden we na 6.755 kilometer (waarvan W er 3.560 meegereden heeft) de Kötteldiek op. Acht weken en één dag over die kleine 7.000 kilometer gedaan. 56 Overnachtingen, waarvan 4 x een gratis parkeerplaats, 24 op een camperplaats, 26 keer geslapen op een Acsicamping en 2 op een niet-Acsicamping. Al weer een weekje thuis, dus tijd voor het (voorlopig) laatste reisverslag.
De reis in mijn eentje naar Zuid-Spanje ging goed, af en toe wat ruzie met het navigatiegevalletje en één keer een noodstop moeten maken vanwege een viaductje dat 35 cm te laag was voor Puzzel. Na een kleine vier weken na mijn vertrek kwam het vliegtuig van W mooi op tijd aan en volgens mij hebben we over de 20 kilometer van vliegveld naar de camperplaats langer gedaan dan het vliegtuig nodig had om van Malaga terug op Schiphol te komen. Geen problemen met het busje gehad, met uitzondering van één defect niet-essentieel lampje, maar noemen we dat een probleem?

Één van de doelstellingen van deze reis was het bijwonen van de Goede Week (Semana Santa) in Spanje. Dat is prima gelukt met processies in Sevilla, El Puerto de Santa Maria, Cadíz en later (heel toevallig) een mini-optochtje in Villaricos.

De hoogtepunten (behalve de processies)? Veel, maar ik beperk me tot: het bezoekje aan de buren in Peñiscola, op Gibraltar met de kabelbaan naar de aapjes en vervolgens de wandeling naar beneden, de voettocht door Cadíz, de verrassende havendagen in Castellón en de begeleide fietstocht door Barcelona.
Tegenvallers? Niet echt, hooguit het weer in het algemeen. Dit was het vierde voorjaar in Spanje en ik kan me niet herinneren dat het de voorgaande jaren zo hard en veel gewaaid heeft. Zonnige dagen werden meer dan voorgaande jaren afgewisseld met dagen waarin de vitamine-D-machine verstek liet gaan en er is ook behoorlijk wat neerslag geweest. Volgens de website Spanje Vandaag klopt mijn gevoel wel aardig. Deze site vermeldt in de uitgave van 13 april het volgende:

Het overschot aan regen wat gedurende de maand maart en de eerste week van april gevallen is op veel plaatsen in het land heeft ertoe geleid dat de stuwmeren beter gevuld zijn dan het gemiddelde van vorig jaar. Met name het noorden en noordwesten van Spanje waar de waterstand in de belangrijke stuwmeren nijpend was stijgt het waterpeil. Naast de stuwmeren zijn de rivieren echter ook overvol en dat zorgt weer voor overstromingen en andere problemen.

Vaste overwinteraars spraken over een winter en voorjaar met meer wind dan anders. Echt koud was het daarbij niet: de eerste gasfles was niet leeg bij terugkomst en de elektrische kachel is toch vrijwel niet aan geweest. Wel de gaskachel goed gebruikt op de heenreis toen het een paar graden vroor én je 's avonds en 's morgens graag de verwarming wilde voelen en later af en toe ’s morgens om de eerste kou uit de bus te halen. Omdat we op de meeste plekken walstroom hadden heeft ook de koelkast maar een paar nachten op gas gedraaid (en toen was het stervenskoud buiten dus zal het met het verbruik wel meegevallen zijn). De temperatuur op de heenreis door Frankrijk zorgde er ook voor dat ik in drie dagen met de camper in Peñiscola stond, iets wat ik met W als bijrijder nooit voor elkaar had gekregen.

In ons achterhoofd hadden we na Cadíz (ons uiterste puntje in Spanje) een aantal opties voor de terugreis. De weersvoorspellingen lieten optie één, terugreis via Portugal, al snel afvallen. Ook optie twee, door de binnenlanden van Spanje naar Frankrijk, lieten we schieten: de temperaturen zijn daar in deze tijd van het jaar niet om naar huis te schrijven en verhalen over met sneeuwkettingen de passen over te moeten (nog steeds ligt de sneeuwgrens veel lager dan voorgaande jaren, half april nog tussen de 800 en 1000 meter) vielen ook al niet in goede aarde; we bewaren de Spaanse binnenlanden wel voor een toekomstig reisje een keertje in het najaar. Bleef dus nog maar één mogelijkheid over: via de oostkust terug. Dat betekende dat ik deze reis sommige plekken twee keer aandeed, totaal geen probleem.

Opvallend: het verschil in dieselprijs in de verschillende landen. Het goedkoopst natuurlijk Luxemburg waar ik op de heenreis net geen Euro voor een litertje moest betalen, maar op de terugreis zes cent meer. Frankrijk spant de kroon met prijzen tussen de 1,35 en 1,55. In Spanje hebben we tussen de 1,03 en 1,18 betaald. België en Duitsland hanteren prijzen die vergelijkbaar zijn met Nederland (in onze laatste reisweek ergens rond de 1,25).
Samenvattend: een mooie tocht, veel gedaan, veel gezien en veel langs zee gefietst. En nu? Korte reisjes tot aan september. Er gaan geruchten dat de Balkan en Italië in het najaar ook erg mooi moeten zijn. Maar voorlopig zullen we de Kei van Lichtenvoorde waarschijnlijk vaker zien dan de binnenkant van ons busje.


 
Vertrek Ittervoort: 112.905; aankomst thuis: 113.040

zondag 15 april 2018

uitrusten in ittervoort

zaterdag 14 april: van diekirch naar ittervoort

Het begint langzaam traditie te worden: een reis naar het zuiden sluiten we af in Ittervoort (camperplaats Ittervoort; code campercontact 7916). Lekker rustig (ook al stonden er zo’n 12 campers), mooie voorzieningen, gastvrije eigenaren en een fietsknooppuntennetwerk waar we elke keer nieuwe dingen ontdekken.
Ontbijten, uit dankbaarheid de inhoud van de tanks op de camping gestort (wel op de juiste plek) en op weg, ruwweg naar het noorden. In Luxemburg nog even de dieseltank gevuld (sinds donderdag hier 1,5 cent per liter duurder geworden, nu € 1,064) en via de N7 het kneuterige, toch wel saaie maar o zo gedegen landje verlaten. Vervolgens door België (waar ze nu massaal de wegen aan het opknappen zijn) met Luik-ontwijkend gedrag, zodat we via de Voerstreek Nederland binnen reden. W had een leuke route door Zuid-Limburg uitgestippeld met als hoogtepunt Valkenburg. Was haar even ontgaan dat dit deel van Limburg vanwege de vele bultjes op 14 en 15 april geheel in het teken staat van de Amstel Gold Race. Op zaterdag de verschillende amateurroutes (6 routes met afstanden tussen de 60 en 240 kilometer) en op zondag de profs. Overal waar je reed moest je rekening houden met de tweewielers. Wel een gezellig sfeertje, maar wat waren het er veel.
Camperplaats Ittervoort is voorzien van nieuwe koeien (de vorige keer dat we er waren had juist een slagschip het kalfje een kopje kleiner gemaakt, gelukkig was het maar van steen) en vanwege de regen van de afgelopen tijd was het gras niet gemaaid. Snel een bakje koffie en op de fiets door een stukje Zuid-Limburg dat we nog niet kenden. Aangenaam temperatuurtje en het bleef droog. De weg raakten we niet kwijt, want waar we ook waren: de mediatoren van Ittervoort was altijd zichtbaar.

V: 112.712; A: 112.905
zondag 15 april: @ ittervoort

Bij het opstaan was het in de bus bijna 10 graden warmer dan gistermorgen om dezelfde tijd. Gisteren amper 6 graden, nu ruim 15.
Heb me gisteravond verdiept in de geschiedenis van Limburg. Heb W moeten beloven me een beetje veel in te houden, dus zal me beperken tot slechts enkele alinea’s. Tot 1815 was Limburg een lappendeken van zelfstandige en afhankelijke gebieden. Het eigendom veranderde voortdurend en er werd behoorlijk met het gebied gesold. Het Congres van Wenen besloot om een koninkrijk van “de Nederlanden” te maken met Willem I van Oranje-Nassau als vorst, daar hebben we het al eerder over gehad. Toen de Belgen in 1830 in opstand kwamen, sloot Limburg (met uitzondering van Maastricht en Venlo) zich aan bij de Belgische Revolutie. In 1839 werden de grenslijnen opnieuw op de kaart getekend en werd een deel van Limburg aan België toegewezen. Het overgebleven stukje Limburg bleef bij Nederland maar kreeg wel een heel aparte positie: het werd ook onderdeel van de Duitse Bond. Dit was een statenbond van Duitse staten en staatjes. De toetreding tot de Duitse Bond was zuiver een politieke beslissing van de Europese heren: een deel van Luxemburg dat aan België toegekend werd verdween uit de Bond en dus moest ter compensatie een ander stuk land die plaats innemen. Toentertijd volstrekt logisch. Het gevolg was dat Nederlands Limburg apart werd behandeld binnen Nederland, niet als Nederlandse provincie werd erkend, werd niet betrokken bij de politieke besluitvorming en voor de staat was het prettig dat ze de Limburgers een hogere belasting konden opleggen dan de rest van de inwoners van het kikkerlandje. De Limburgers wilden liever bij België horen, maar dat mocht weer niet van de Duitse Bond. Toen die Bond in 1866 uit elkaar viel werd Limburg formeel de 11e provincie van Nederland en was er van aansluiting bij België geen sprake meer.
 
Een zondags fietstochtje naar Roermond, via de knooppunten. Altijd leuk en je blijft je in dit land verbazen. Het was druk in Roermond, dus we waren er snel weer weg. Morgen de laatste etappe en dan zit deze reis er weer op.





 



 


 
 

zaterdag 14 april 2018

in luxemburg

donderdag 12 april: van lac du der naar diekirch

Volgens Weerplaza worden er spettertjes verwacht bij het Lac du Der. Als je naar boven kijkt zie je een andere weersvoorspelling, maar we nemen het zekere voor het onzekere: niet een rondje meer op de fiets maar met Puzzel vertrekken naar Luxemburg. Nog even een paar litertjes diesel in Frankrijk in de tank gooien: het staat zo slordig om net voor Luxemburg zonder brandstof op de autoweg stil te staan. 1.479 € per liter, in Spanje berekende de goedkoopste pomp 1.039 € en op de heenreis was ik in Luxemburg nog geen euro per liter kwijt. Eén Europa?
Nieuwe variant op onze route van het Lac du Der naar Luxemburg: de D958 via Commercy naar Pont-a-Mousson. Wel 10 minuten langer dan over de autoweg via Nancy, maar 30 kilometer korter en veel leuker om te rijden. Vind dat de ANWB deze variant op hun routekaart moet opnemen, mag zonder naamsvermelding. We kwamen dan niet via Nancy maar wel via Metz (en om het verhaal van de afgelopen dagen te completeren: je spreekt het uit als Mess – met een hele scherpe S).

Voor je het weet zit je in Luxemburg, bekend van goedkope brandstof en rookwaren, RTL en Radio Luxemburg. Dat laatste verdient misschien uitleg. Heel lang geleden kenden we in Nederland alleen Hilversum 1 en Hilversum 2 en omroepen als Veronica, Radio Noordzee, Caroline en Mi Amigo waren in hun beginfase nog niet sterk genoeg om het oosten van het land te bereiken. Kortom: voor de jeugd in de jaren 60 was er Radio Luxemburg 208, dat krakend en kreunend op de middengolf (golflengte 208 vandaar) mijn huiswerkbegeleider was (met Peter Koelewijn als discjockey als ik me niet vergis; ook Felix Meurders heeft z’n eerste stappen bij deze radiozender gezet, maar die kan ik me eigenlijk niet herinneren). De zender is later zo’n beetje doodgebloed, tenminste wat betreft Nederlandstalige uitzendingen.

Luxemburg: teruggebracht van bijna 11.000 km2 naar 2,586 km2 in 180 jaar. Het eerste stuk werd in 1659 door de Fransen ingepikt na de Frans-Spaanse Oorlog. Bij de Vrede van de Pyreneeën werd bepaald dat Spanje een deel van Luxemburg aan Frankrijk moest afgeven. Luxemburg hoorde bij de Spaanse Nederlanden, vandaar. De tweede hap ging in 1815 naar Pruisen, tijdens het Congres van Wenen. Willem I werd koning van de Nederlanden (toentertijd Nederland en België) en kreeg als cadeautje Luxemburg mee waar hij groothertog van werd, maar moest het wel met wat minder Luxemburg doen dan dat hij gehoopt had. De derde hap ging naar België dat zich in 1830 onafhankelijk maakte van Nederland. Toen de grenslijntjes in 1839 werden getrokken mochten de Belgen het westelijk deel van Luxemburg tot hun grondgebied rekenen. Het gedeelte dat overbleef bleef in een personele unie met Nederland verbonden omdat de koning van Nederland tevens groothertog van Luxemburg was. In 1890 stierf Willem III en omdat zijn opvolgster geen mannetje was (ze heette Wilhelmina) werd er uit een andere tak van de Nassau’s een nieuwe groothertog geplukt en ging Luxemburg volledig zelfstandig verder.
We settelden ons op camping Op der Sauer (ACSI-code 564) in Diekirch, met € 15,00 all-in één van de goedkopere van de streek. Niks mis met deze stek, een leuke fietsroute voor donderdag en eentje voor vrijdag. We zitten aan de Sûre dus een keer rechtsaf langs het water en een keertje linksaf. Het tochtje op donderdag kreeg nog een internationaal karakter, na Reisdorf kwamen we ineens in Duitsland uit. Avontuur! Overigens: je zult hier in dit land maar hoge nood hebben. Let hierbij vooral op het discrete rode streepje.

V: 112.460; A: 112.712
vrijdag 13 april: @ diekirch

6 Graden bij het opstaan, de laatste tijd niet zo koud gehad. Gelukkig hebben we een kachel aan boord en we “leven” nog steeds op de eerste fles propaan; die gaat dus al bijna acht weken mee. Vandaag linksaf langs de Sûre en vanaf Ettelbrück langs de Alzette. Einddoel van onze tocht werd Colmar-Berg waar Willem II in de jaren 40 van de 19e eeuw zijn Luxemburgse residentie liet bouwen. In 1908 liet groothertog Willem IV (inmiddels zat er een andere tak van de Nassaus in Luxemburg op de troon) het oude slot afbreken en werd het huidige stulpje gebouwd. Begin 1930 was het ook voor Luxemburg crisis en kwam zelfs de groothertogelijke familie in financiële nood. Groothertogin Charlotte maakte een leuke deal met de staat: ze verkocht haar pandjes en bedong dat ze deze mocht blijven gebruiken. Heet dat niet “wel de lusten, maar niet de lasten”? Na de Tweede Wereldoorlog was het slot aan een intensieve renovatie en restauratie toe. Tegenwoordig zit groothertog Hendrik (zeg maar Henri) bij één van de open haarden van Slot Berg thee te drinken. W en ik waren niet uitgenodigd, mochten zelfs het terrein niet op om een mooie foto te maken, dus moest internet weer uitkomst bieden.
 


 



 


donderdag 12 april 2018

lac du der

woensdag 11 april: van gannat naar giffaumont-champaubert

Trek een streep met liniaal en potlood op de overzichtskaart van Frankrijk van Gannat naar het Lac du Der en je hebt ongeveer onze route van vandaag, de “nomadenroute” die elke camperaar die gratis naar het zuiden wil (of bruinverbrand terug gaat naar het noorden) zo’n beetje volg: Moulins, Nevers, Auxerre, Troyes. Vaak gereden dus Tom-Tom eigenlijk niet nodig, alleen voor het Auxerre-ontwijkende-gebeuren. Onze navigator weet een leuke route te vinden zodat je niet dwars door Auxerre moet. Leuk weggetje, je moet alleen geen vrachtverkeer tegenkomen (was vandaag dus vier keer billenknijpen, maar het lukte).
Toen W mijn wegnummerafwijking volkomen beu was (dan pakken we hier de N151 en straks de N77) probeerde ze van gespreksonderwerp te veranderen door op te merken “wat staat het gras er hier al mooi bij”. Begon ik meteen het liedje van Hydra te zingen uit het midden van de jaren 70 “als het gras twee kontjes hoog is, helahi, helahop”, verder kwam ik niet. Lijkt een beetje op het verhaal van “Wat ruist er door het struikgewas? Het is…”. Ook hier weer bracht Google op de Iphone van W het antwoord: het refrein eindigt met “meisjes pas dan heel goed op”. Het eerste couplet wil ik jullie ook niet onthouden:

Een flinke boerenzoon zag op een dag in mei
Een lief en aardig meisje dwalend in de wei
Ze plukte daar margrietjes, die bloeiden op het land
Maar plotseling kwam er toen een bij en prikte in haar hand.
Er wordt overigens nog wat meer geprikt in dit verhaal, maar dat zoek je zelf maar op. We houden het netjes. Je ziet dat onze gesprekken tijdens het rijden een hoog cultureel gehalte hebben. Toen we langs Troyes kwamen wisten we beiden te vertellen dat je dat als Troi uitspreekt (zoals de Franse 3, zonder s).

Het Lac du Der-Chantecoq stamt uit ongeveer dezelfde periode als het bovenstaand liedje. Het werd in 1974 aangelegd om het water dat door de Marne stroomt te reguleren. De Marne mondt nabij Parijs in de Seine uit. Uit Wikipedia: “De aanleg van het Lac du Der was nodig om ervoor te zorgen dat enerzijds het water in Parijs niet te hoog kwam en anderzijds dat er daar genoeg water door de Seine stroomt. Het meer is naar de vlakte genoemd waar het in ligt, de Der en het dorp Chantecoq dat door het meer onder water is komen te staan”.
De camperplaats Site de Chantecoq (campercontact 1176) heeft sinds ons laatste bezoek een facelift ondergaan: de plekken zijn nu afgebakend met bielzen en er zijn struiken aangeplant. Het geheel ziet er een stuk beter uit dan vorig jaar. Het moois moet wel ergens vandaan komen: was de plek vroeger gratis, tegenwoordig betaal je voor een overnachting 4 € (overdag nog steeds voor nop). Kaartje trekken bij aankomst, bij het verlaten betalen met een creditcard en een slagboom regelt het een en ander.

W nog even een ommetje gemaakt. In de lente en herfst stikt het hier van de kraanvogels die een tijdje op krachten komen om hun reis van of naar het zuiden uitgerust en met volle maag te kunnen voortzetten. Vandaag was er op een enkele zwaan na geen gefladderte te zien.
V: 112.071; A: 112.460

 
 
 

dinsdag 10 april 2018

de regen voorblijven

dinsdag 10 april: van mataró (E) naar gannat (F)

Er wordt regen verwacht in Noord-Spanje en flink wat ook, met name op woensdag. De weersites proberen elkaar te overtreffen: 30 mm, wie biedt meer? W had zelfs iets gezien met meer dan 60 mm in één dag. Voeten wassen we normaal onder de douche, dus wegwezen uit Spanje. Maar niet na vanmorgen eerst het 25e theezakje gebruikt te hebben om thee-op-bed te serveren. Vandaag dan maar een flink eind kachelen en zorgen dat de bandjes van Puzzel op droge plekjes staan de komende week. Even doorbijten, een beetje tol betalen en alles komt goed.
Tank nog even volgooien bij een goedkope pomp. Blijkt dat een paar kilometer verder een nog-goedkoper tankstation te vinden is. Jammer, scheelt een paar Euro bij 100 liter diesel.

Een logische weg naar het noorden is de N-II (N2 en géén N11). Deze weg begon oorspronkelijk in Madrid en liep via Zaragoza via Barcelona naar La Jonquera (Spaans-Franse grens) over een totale lengte van 780 kilometer. Je begrijpt dat we ons vandaag beperkt hebben tot het laatste traject: Barcelona – Jonquera. Als je alle tijd hebt neem je de N-II. De weg loopt vanaf Barcelona eerst 40 kilometer pal langs zee en gaat dwars door alle badplaatsen tot aan Malgret de Mar. De tolweg C-32 loopt hier parallel aan de N-II en vanwege het grote tijdsverschil (en de relatief lage tol) gebruikt het meeste verkeer op dit stuk de tolweg. Wij ook (na een aantal de-Marretjes gezien te hebben). Vanaf Malgrat de Mar buigt de N-II landinwaarts en via Blanes, Girona, Figueras bereik je de Franse grens. Over het hele traject Madrid-La Jonquera zijn grote stukken N-II omgebouwd (of worden omgebouwd)  tot A-2, snelweg dus. Wij hebben ons bij Girona aangesloten bij het vrachtverkeer: de grote jongens mogen niet over de N-II maar zijn verplicht de AP-7 tot de Franse grens te nemen. Wij voelden ons vandaag ook een grote jongen.
Frankrijk: Perpignan, Narbonne, Beziers en dan de A75 op. Hele discussie gehad over de uitspraak van Millau (die van dat viaduct). W had haar Iphone bij de hand en via Google hebben we een eenduidig antwoord niet kunnen vinden. Wat vind je van deze: net als in Spanje wordt een dubbele L uitgesproken als een j. De uitspraak moet dan zijn Mie-jo (geen Milo en geen Miauw). De website geeft als voorbeeld de woorden fille, grille, pastille. Klopt als een zwerende vinger, maar wat vind je van ville, mille en tranquille? Volgens ons worden die woorden echt met een L uitgesproken. Je ziet: reizen is afzien!

Rijtemperatuur buiten tussen de 5 (hoog in de Auvergne) en 17 graden (Clermont-Ferrand).

Om vijf uur schreef W ons in op camping municipal Le Mont Libre (campercontact 15803), een gemeentecamping dus: niet te duur, maar net niet af. We zitten dan net buiten Gannat, zo'n kilometer of 40 ten noordoosten van Clermont-Ferrand. De camping: gelukkig wel naast de ouderwetse gaten in de grond (noemen ze hurktoiletten) gewone potten. Het douchewater van W wilde niet echt warm worden (het mijne wel). De website van de camping is een tijdje niet bijgewerkt: het laatst gepubliceerde animatieprogramma dateert van 2011 en de tarieven die getoond worden zijn van 2012. Broodjesservice alleen in het hoogseizoen, maar men heeft wel een wasmachine en een “droogkast”. We mopperen niet voor € 15,40 (inclusief stroom en toeristenbelasting).
Morgen maar een paar kilometertjes minder rijden.

V: 111.447; A: 112.071

maandag 9 april 2018

barcelona

zondag 8 april: van benicàssim naar mataró

Qua kilometers niet eens zo ver, wat tijd betreft wel: ruim vijf uur waren we vandaag bezig om ons te verplaatsen naar Camping Barcelona in Mataró (een kleine 40 kilometer ten noordoosten van Barcelona). Het werd een mix van N340, A7 en een stukje gratis AP7 (rond Barcelona). Bekende plaatsen kwamen weer voorbij: Peñiscola, de Ebrodelta, Tarragona en dat allemaal met de kachel aan omdat de thermometer een rijtemperatuur rond 12 graden aangaf (terwijl intussen de lentefoto’s van buiten-lunchende kinderen en kleinkinderen via Whatsapp binnenstroomden). Reizen is soms afzien.
De N340 is al vaker onderdeel geweest van onze reisroute en dat is geen wonder: het is een lange kustweg van Cádiz in het zuiden tot Barcelona in het oosten. De oorspronkelijke lengte was 1254 kilometers. Edwin Winkels heeft de hele route met een camper gereden en van hem is nevenstaande foto. Delen van de N340 zijn inmiddels omgebouwd tot A7 of AP7. Op sommige stukken (bijvoorbeeld ten noorden van Hospitalet de l’Infant) liggen de drie wegen gebroederlijk naast elkaar en kun je kiezen: betalen en snel (AP7), gratis en wat minder snel (A7), gratis en langzaam maar wel mooi (N340).
 
 
 
Camping Barcelona (code Campercontact 20025) is een goed verzorgde ACSI-camping (19€ en per persoon 49,5 cent toeristenbelasting; wie verzint nu zo’n bedrag?). Je moet er niet heen voor een mooi strand want tussen de camping en de zee ligt allereerst een erg drukke NII en dan nog een spoorlijn met elke 10 minuten een trein naar het noorden en ook elke 10 minuten eentje naar het zuiden. Dan tref je uiteindelijk rotsen aan. Wil je zandstrand dan moet je een eindje verderop zijn. Professionele service op de camping, al was het om 15.30 uur wel spitstijd bij de receptie en ondanks drie baliemedewerkers stond er een wachtrij van een half uurtje.

Culinair koken vandaag: mediterraan. Bekijk de foto’s maar.
 

V: 111.123; A: 111.447
maandag 9 april: barcelona

Vandaag naar de stad van Freddie Mercury en Montserrat Cabellé. De stad van de Olympische Zomerspelen van 1992 waar Freddie het themalied voor heeft geschreven. Hij kon het echter zelf niet meer zingen, want op het moment van de opening was hij dood. Montserrat heeft het toen maar alleen gedaan en het geluid van Freddie werd toegevoegd. Was best ontroerend toen. Nu nog steeds vrij hoog in de Top 2000 (in 2017 op plaats 211; hoogste notering in 2012 op 105).

Eén van de pluspunten van deze camping is een gratis shuttleservice (in voor- en naseizoen) naar het hartje van Barcelona. Het nadeel was dat we zowel op de heen- als de terugreis 45 minuten in die bus mochten staan. Op de Plaça de Catalunya werden we gedropt. Tentjes op het plein waarin demonstranten overnachten. Nu hadden ze nog geen tijd voor een siësta want ze waren druk bezig om te protesteren tegen het feit dat een aantal Catalaanse politici nog steeds opgesloten zitten. Tja, ga je naar Barcelona, dan bezoek je Catalonië; wil je naar Spanje, dan is Madrid een optie. Catalanen en Spanje, het heeft nooit zo geboterd tussen die twee. In feite kwam Catalonië bij Spanje toen Ferdinand van Aragon (en Catalonië) en Isabella van Castilië in 1469 elkaar het ja-woord gaven en zo de grondslag legden voor het (latere) koninkrijk Spanje. Al in 1640 vond de eerste “uitbraakpoging”  van de Catalanen plaats en velen zouden er nog volgen. In oktober 2017 riepen de Catalanen na een referendum de onafhankelijkheid uit. Chaos alom en het resultaat was dat Madrid Catalonië zo’n beetje monddood maakte, de autonomie ophief en het bestuur van de regio overnam. Verkiezingen in december zorgden ervoor dat de separisten de meerderheid van de zetels in het parlement kregen. Een regering kan er echter niet gevormd worden: leiders zitten òf in het buitenland, òf in de Spaanse gevangenis. Barcelona is voor Catalonië: je ziet alleen Catalaanse vlaggen.
 
 
 
 
 

W had voor deze dag een begeleide fietstocht geboekt bij www.bajabikes.eu, met Nederlandse gids. Vertrekpunt een leuk klein pleintje in de oude binnenstad. Wel een beetje krakkemikkige fietsen (en nee: géén ondersteuning). Een enthousiaste gids sleurde ons mee door het drukke verkeer van de stad (veel vrijliggende fietspaden), liet ons een aantal hoogtepunten van Barcelona zien en kon daarover boeiende verhalen vertellen. We begonnen in de oude haven (Port Vell), die een grondige opknapbeurt heeft gekregen in de aanloop tot de Olympische Spelen. Columbus kijkt van zijn sokkel over de zee uit.

 
 
 
Uitvoerig hebben we stilgestaan bij één van de woningen die Gaudi gebouwd heeft, namelijk Casa Battló. Onze gids vertelde hierbij het sprookje van Sint Joris met de draak, omdat een deel van het huis stoelt op dit thema. Helaas stond de zon verkeerd en tetterde recht in de lens van het fototoestel. Je zult het daarom moeten doen met een foto die ik van internet geleend heb.

 
 
 
Street-art van de beroemde Keith Haring bewonderd, ergens op een pleintje.
 
 
De Sagrada Familia (begonnen door Gaudi) bekeken van alle kanten. Een jaar of tien geleden hebben we er ook al eens met open mond naar staan kijken. Het werk is een flink eind opgeschoten, maar waarschijnlijk duurt het nog een jaar of 15 of zo voor het helemaal voltooid is.
Foto's die we van de voorkant genomen hebben zijn mislukt (tegenlicht door de zon). Ook nevenstaande foto is geleend van internet, de foto's hieronder niet.
 
 
 
 
 
Parken, pleinen, markten, fonteinen, wereldtentoonstellingen; er kwam veel voorbij en de hoogtepunten werden aan elkaar geweven door smalle straatjes, niet bereikbaar met de auto maar goed te doen met de fiets. Foto’s moeten volstaan; het verhaal wordt anders onleesbaar. Een aanrader zo’n begeleide fietstour.

Wederom een prachtige dag en het weer werkte ook mee.