zondag 12 juni: Lüneburg
Bij ons zijn voorlopige einddoelen in eerste instantie
voorlopig en meestal geen einddoel. Dat bleek ook vandaag weer. De bedoeling was
het puzzeltje op de camperplaats bij de scheepslift van Scharnebeck te droppen
(ook voor de nacht), het “Schiffshebewerk” aldaar te bezoeken om daarna op de
fiets Lüneburg onveilig te maken. Pluvius vond dit maar niets!
Het Schiffshebewerk hebben we dus bekeken met een pluutje
boven ons hoofd. Op zich een indrukwekkend schouwspel: een hoogteverschil van
38 meter wordt met een bakje met daarin een schip overbrugd. Helaas jammer voor
Scharnebeck: een paar maand geleden hebben we de scheepslift in Thieu (België)
gezien die de schepen over de dubbele hoogte versast. We zijn verwend, ik geef
het toe. Toen het na de koffie nog steeds regende hebben we de plannetjes
lichtelijk bijgesteld en kwamen we tot de conclusie dat het voor ons beider
gestel (en humeur) beter was de bus op de camperplaats in Lüneburg neer te
zetten, de buien aldaar af te wachten om dan in alle droogte het stadje te
bezoeken. En warempel: van de 53 plekken waren er om half één nog een paar vrij
(een uurtje later “complet”) en tegen afdracht van 10 euri mochten wij de nacht
doorbrengen op de Wohnmobilstelplatz (alleen voor zo’n naam wil je dat bedrag al
graag betalen) op loopafstand van het historische stadje.
Lüneburg, dat al zo’n 1050 jaar oud is, heeft het geluk
gehad dat de geallieerde bommenwerpers in de Tweede Wereldoorlog de stad links
(of rechts) hebben laten liggen, waardoor het middeleeuwse beeld van de stad
bewaard is gebleven. Volgens deskundigen is deze Hanzestad één van de mooiste
steden van Duitsland. Lüneburg is groot geworden door het zout dat er gewonnen
werd. In 956 mocht de stad al belasting heffen op dit witte goud, waar in die
tijd - en ook later - veel vraag naar was, omdat het vooral gebruikt werd voor
het conserveren van levensmiddelen. Men voerde de zoutproductie steeds verder
op en dat legde de inwoners geen windeieren. Het grootste deel van het zout
werd met paard en wagen over de weg naar Lübeck gebracht en vandaar per schip
naar Scandinavië en Rusland vervoerd.
Tijdens onze wandeling door de binnenstad werden we verrast
door een drietal kerken: Johannis, Michaelis en Nikolai. Eén ervan was
opengesteld, maar men vroeg entree (ik dacht dat alleen katholieke kerken dat
deden, maar het schijnt dat evangelische Kirchen nu ook het grote geld geroken
hebben). Het “topstuk” van de stad is het culturele monument Lüneburger
Rathaus: het indrukwekkende gebouwencomplex werd in een periode van 500 jaar
door 20 generaties gebouwd. Lüneburg: we hadden het niet willen missen!V: 71.736; A: 71.856