maandag 28 maart: van
Santa Ana naar Murcia
Een verplaatsing via
de A30 naar Alquerías, een klein plaatsje in de buurt van Murcia maar niet
nadat W. een gammel schroefje in haar zonnebril opnieuw had laten monteren door
de plaatselijke óptico van Santa Ana. De kosten? Nada, noppes dus. De tocht
ging langs het spookvliegveld Murcia Corvera, waarover ik al eerder wat verteld
heb. Alle verwijzingen op de borden langs de A30 naar dit vliegveld waren
keurig afgeplakt, dus officieel is hier geen luchthaven. Beetje vreemde
rotondes in de buurt van Murcia: het lijkt wel wat op knooppunt Velperplein,
waar je gewoon rechtdoor kunt; alleen is alles hier gelijkvloers aangelegd, als
je dus linksaf wilt moet je de rotonde op naar rechts, wil je rechtdoor dan heb
je niets met de rotonde te maken (is dit eigenlijk wel te volgen?).
We bezoeken Murcia vanwege de Lentefeesten (Fiestas de
Primavera) met als hoogtepunten op dinsdag “el Bando de la Huerta” (maken we
mee) en op zaterdag “Entierro de la Sardina” (de verbranding van het
sardientje, hetgeen we niet mee zullen maken).
Camperpark Huerta de Murcia ligt inderdaad in de
boomgaarden. We staan midden tussen de citroenbomen die op dit ogenblik èn nog
vruchten dragen èn in bloei staan. Het meurt heerlijk als de zon op de boompjes
staat te tetteren. Vergeleken bij deze camperplaats is de vorige (Camperpark
Cartagena) een zigeunerkamp, al was daar alles voorhanden en was het ook daar
goed toeven; het ziet er hier een stuk verzorgder uit en dat komt voornamelijk
door de grintsteentjes die de boel stofvrij houden. Overigens zou ik ook hier
niet in de zomer willen staan, het was nu ’s middags al bijna niet te harden
bij 27 graden. Murcia is de warmste provincie van Spanje – wordt gezegd – met temperaturen
rond de 40 graden in juli en augustus en als je dan geen natuurlijke schaduw
hebt is het afzien.
Overigens heeft niet alleen de berijder van het Chinese
wonder op twee wielen geleden onder de smak tegen het plaveisel: ook het
rijwiel is weer wat ziekelijk. W. en ik zijn maar van fiets gewisseld: scheelt
minstens 30 kilo op het (laatste, dus reserve-) tere zadel.
dinsdag 29 maart: “el
Bando de la Huerta” in Murcia
Onder het motto “alles wat je ziet, in de Indesit” moest
eerst een wasje gedraaid worden. Daarna op de fiets naar Murcia waar het vandaag
dolle pret is: de bevolking loopt in regionale kostuums door de stad (voor
zover ze niet zitten te eten en/of te drinken). Fietsen vanaf het camperpark
naar Murcia is kinderlijk eenvoudig: je volgt het fietspad langs de rivier de
Segura gedurende zo’n kilometer of acht en je komt vanzelf in de stad. Toen we
er tegen tweeën aankwamen werden we (hoe kan het anders) verrast met een groots
(en vooral hard) vuurwerk. Volgens mij wordt elk feest in Spanje (en het zijn
er heel wat) begeleid door geknal. Mocht men het vuurwerk in dit land een jaar
verbieden en alle uitgespaarde Eurootjes in de staatskas storten, is het land
binnen de kortste tijd geheel schuldenvrij en hoort het in één keer bij de rijkste landen van Europa.
Het was één groot feest in de stad, waarbij ons opviel dat
er zeer stevig werd gedronken. Je kon niet alleen op elke hoek van de straat
wat kopen, duizenden Murcianos zeulden met koelboxen, ijskarren en grote paellapannen
door de stad en zochten een schaduw- of juist zonneplek in één van de vele
plantsoenen. Anderen (die meer geld hadden) vielen neer op een van de vele terrassen in de stad.
Om vijf uur zou de optocht beginnen, maar ik heb het idee
dat de vertrektijd louter indicatief was en vooral niet klokvast gegarandeerd,
want de meute begon pas tegen half zes richting optochtstraat te slenteren. De
bewoners van de Huerta de Murcia (een erg vruchtbare vlakte tussen de heuvels
aan weerszijden van de rivier de Segura) demonstreerden de vroegere land- en
tuinbouwtijden door middel van oude wagens voortgetrokken door ossen, paarden,
muilezels en wat er nog meer aan vierbenig materiaal voorhanden was, een grote
afdeling “versierde fietsen”, dansgroepen met een hoog castagnettengehalten en
mooie Spaanse politieagentes. Na anderhalf uur hielden we het voor gezien.





Zaterdag aanstaande wordt het sardientje verbrand (het hele
verhaal over de oorsprong van dit gebruik is vrij ingewikkeld en interesseert
volgens mij niemand). Dit gebeuren is dan meteen de afsluiting van de
Lentefeesten. Tegen de avond trekt een parade door de stad met muziekkorpsen en
mensen verkleed als reuzen en dwergen voorzien van enorme koppen en een
twintigtal sierkoetsen. Deze wagens betuigen eer aan de goden van de Olympus
(mooi samenhangend verhaal, is het niet?). Aan de oevers van de Segura wordt
tenslotte de sardine verbrand en het geheel wordt afgesloten met … een daverend
vuurwerk! We zullen het niet meer meemaken in Murcia, inmiddels zijn we een
beetje uitgeoptocht. En tenslotte zagen we het sardientje al in het water liggen.
woensdag 30 maart: fietsen
naar Orihuela
Volgden we gisteren de rio de Segura stroomopwaarts, vandaag
ging het zo’n 14 kilometer stroomafwaarts via het mooie fietspad naar Orihuela:
boomgaarden en natuur aan de linkerkant en de Segura aan de rechterkant en
terug via hetzelfde fietspad, je raadt het al …. Op het eind van de tocht kreeg
ik tijdens het fietsen (en praten) nog een vliegbeest binnen: het smaakte naar
citroen.
Vanmorgen heeft W. de plaatselijke rijwielboer (weer zo’n
heerlijke prutser in de goede betekenis van het woord) duidelijk kunnen maken
dat ze van de zes versnellingen van het Chinese gedrocht er tenminste vijf
wilde kunnen gebruiken (in plaats van één)! Hij begreep het en voor een tientje
is het mannetje bijna een uur bezig geweest en is ons Chineesje weer gezond
verklaard. Ik mocht niet kijken of ik het fietsje zelf kon repareren, want “wat
jouw ogen zien, maken je handen kapot!” Die houden we erin!

