noordpolderzijl

noordpolderzijl

maandag 29 augustus 2016

(familie)weekendje klussen

26 tot 29 augustus: klussen en camperen in Winterswijk

Naast alle ontmoetingen (meestal op de zondagmorgen bij "ons moe") hebben we in onze familie (in totaal twee broers, twee zussen en de aanhang) een aantal traditionele bijeenkomsten: het zootje ongeregeld (je  mag ook zeggen “de toffe acht”) komt eens per jaar in een huisje, op een camping of waar dan ook voor een lang weekend bijeen om de toestand in de wereld te bespreken (noodzakelijk sinds mr. G.J.B. Hiltermann dat sinds 1999 niet meer doet. Overigens zijn onze zinnen aan het eind van het weekend net zo vloeiend als die van de radiocolumnist, maar dat geheel terzijde). Daarnaast kennen we nog een damesweekend en een herenweekend (in principe ook jaarlijks, maar met het vorderen van de leeftijden groeit ook het aantal verplichtingen, zodat er vaak complete agenda’s lekgeprikt worden voordat er een gemeenschappelijk vrij moment gevonden kan worden. Aangezien kleine zus (en haar wederhelft) net hun riante nieuwbouwwoning verkocht hebben en de pecunia gestopt hebben in een huis-met-authentieke-elementen (we noemen dat in gewoon Nederlands: een bouwval die volledig gestript moet worden) kon voor de zoveelste keer dit jaar het nuttige met het aangename verenigd worden: overdag wat sloopwerk (o.a. een uit-verschillende-soorten-materiaal-opgebouwde-tuinkas een kopje kleiner maken) en ’s avonds een hapje, een drankje en een goed gesprek.
Het weekend viel tevens samen met het Winterswijkse Volksfeest. Dit feest bestaat al sinds 1543 en is sinds 1898 vrijwel onveranderd. In 1888 werd de optocht met paarden en fakkels een vast onderdeel van het Volksfeest, sinds 1906 als bloemencorso. Het Winterswijk bloemencorso is één van de vele die in augustus en september in de Achterhoek gehouden worden; de een wat groter en spectaculairder dan de andere, maar overal staat de dahlia centraal.

 
 
Het Volksfeest zorgde er overigens wel voor dat we de nachten doorgebracht hebben op een camping vlak in de buurt en niet op het parkeerterrein van het kerkhof in de onmiddellijke nabijheid van het te bewerken perceel. Een feest in de Achterhoek gaat gepaard met behoorlijk wat vloeibare vrolijkheid en aangezien we met de temperatuur van dat moment moesten slapen met alle ramen (en liefst ook deuren) open, zou het een uitnodiging zijn aan sommige feestvierders om de nacht nog vrolijker te maken. Het betekende dus dat we ’s morgens onze baajsikkels pakten en 1,2 km aflegden van de boerencamping naar de werkplek en ’s avonds ongeveer dezelfde afstand in omgekeerde volgorde. Eigenlijk een beetje zonde van de 3 x € 15,10 omdat we eigenlijk alleen hoefden te slapen, maar aan de andere kant was het idee niet gestoord te worden zeer geruststellend.
Op Camperforum (een website die ik regelmatig bezoek) is het probleem “waar zet ik mijn camper neer?” een regelmatig terugkerend onderwerp. In 2010 heeft men er zelfs een poll aan gewijd. Op de vraag “Waar sta je het liefst?” noemde 51 % de camperplaats, 31 % de camping en 18 % stond het liefst vrij. Eigenlijk een “onderzoek-van-niks”: mijn antwoord stond er niet bij, namelijk “overal en nergens”. Daarbij komt dat DE camperplaats net zoals DE camping niet bestaan. Je hebt van die camperplaatsen die niet meer zijn dan een veredelde parkeerplaats van beton of asfalt (vaak ook nog hutje-mutje), uitstekend voor een overnachting, maar ik mis dan wel de “pootjes in het gras”. Af en toe durven ze hiervoor dan ook nog de hoofdprijs te vragen, ook al ontbreken faciliteiten. Andere camperplaatsen zijn een genot: boerderijen hebben vaak grote plekken met een grasstrook voor de tafel en de stoelen en niet te vergeten de voetjes, een stoompaal om de accu’s van de fietsen op te laden (misschien dat iemand mij kan vertellen hoe ik dat voor elkaar krijg met zonnepanelen?) en een douche is ook wel lekker, maar niet noodzakelijk (ik heb wat moeite om mijn 100 kg in de camperdouchecabine van ons puzzeltje te proppen). We hebben er het afgelopen jaar een paar bezocht. Boerderijcampings (SVR of Vekabo) zijn een goed alternatief, al moeten ze niet met teveel regeltjes op de proppen komen. In het voor- en naseizoen biedt ACSI natuurlijk ook een mogelijkheid op campinggebied, al heb je hier wel vaak te maken met openingstijden van de receptie, slagboomtijden en meer van dat soort zaken. Het Paardeweitje (jawel nog steeds zonder n) hoort tot de categorie SVR-campings, maximaal 25 plaatsen en verder van alle gemakken voorzien – zelfs wifi.

Aan het eind van het weekend was bij zuslief de tuinkas afgebroken, de moestuin gerooid en de koelkast leeg. Missie geslaagd!