noordpolderzijl

noordpolderzijl

vrijdag 24 mei 2019

oppassen in kotten – 1 


Het is erg gemakkelijk om tegenwoordig naar de Vosseveldseweg in Kotten te rijden. Je geeft het adres op de TomTom in en voilà. Vóór 1 januari 1994 was het een stuk moeilijker om in het buitengebied van Winterswijk een boerderij te vinden, vooral niet-ingewijden hadden het moeilijk. Boerderijen hadden namelijk een nummer, voorafgegaan door een letter die de buurtschap aanduidde, panden in het Woold kenden letter K en voor Kotten (dat dan wel met een K begon) was lettertje H weggelegd. We brengen de komende tijd (bepaalde perioden) door op boerderij het Holthuis, tot 1994 bekend onder het adres H11-I. Het is maar dat je het weet. "Op" is misschien niet het juiste woord, beter is “naast”: we wonen en overnachten in ons busje. Natuurlijk zijn toilet en douche in het stenen huis wel handig en heel stiekem gebruiken we elke ochtend de elektrische oven ook om broodjes af te bakken. 

dinsdag 21 mei: @ kotten 

Een korte verplaatsing, autootje mee – altijd handig. Puzzel geparkeerd en op het vonkennet aangesloten. De landerijen geïnspecteerd: het is niet alleen de bedoeling dat we hier een aantal gezellige dagen doorbrengen, maar ook de aanplant (indien nodig) van het nodige vocht voorzien. W ging onmiddellijk op mollenjacht. Daarna een kort fietstochtje en een knus avondje in het busje. Kachel aan, want behoorlijk frisjes. 



V: 135.376; A: 135.394 

woensdag 22 mei: rondje vreden 

De grens tussen de Achterhoek en Duitsland is eigenlijk al eeuwen vrij duidelijk. Het deel van de Achterhoek waar wij wonen kwam in 1350 bij het hertogdom Gelre. Bij de Vrede van Westfalen/Münster in 1648 werd de grens tussen het bisdom Münster en het bisdom Utrecht de staatsgrens tussen de Nederlandse Republiek en het Rooms-Duitse Rijk. In de praktijk veranderde er voor de Achterhoek niet veel. De grens met het bisdom Münster was alleen vaag of in het veld niet duidelijk te herkennen in de gebieden met woeste gronden (venen, heidevelden en dergelijke). Om steeds weer oplaaiende twisten over weidegrond of turfsteken te beslechten werd in 1765 de Conventie van Burlo gesloten, waarbij de grens werd vastgelegd. In 1766 werd deze in het veld zichtbaar door de plaatsing van fraai bewerkte grensstenen uitgevoerd in zandsteen. Als je dan een steen tegenkomt met het opschrift “Renovatum 1753” raak je misschien even in verwarring, maar een groot gedeelte van de grens lag al sinds 1350 vast en was al eeuwen “afgepaald”. Voor de zoveelste keer hebben we de Sint Vitussteen bewonderd en gefotografeerd. Erg moeilijk deed men vroeger niet bij het passeren van dit soort grenzen. Pas in 1813 werd de grens een echte douanegrens met vastgestelde overgangen en grenskantoren. In 1823 werd op de grens het zogenaamde Kommiezenpad aangelegd. Een kommies was de volkse benaming voor een douanier die smokkelaars probeerde te betrappen. Een aantal jaren geleden is dit pad voor toeristen toegankelijk gemaakt (compleet met infoborden). Het pad loopt van de al eerder genoemde Sint Vitussteen tot aan het klooster in Burlo. 




Tijdens ons tochtje (kleine 50 kilometer) schrokken we nog van een opvliegende groene specht. Eigenlijk zou zo’n beest gele specht moeten heten. Te laat om naar iets-dat-kan-fotograferen te grijpen, dus maar een afbeelding “geleend”. 

Mooi plaatje ook van een groep paarden. Veel boeren hebben paarden van “rijke westerlingen” in de verzorging. Schijnt een aardig centje op te leveren. De paarden stonden lang genoeg stil, zodat W in alle rust een foto kon nemen. Warmer dan gisteren vandaag, kacheltje niet nodig gehad. 



donderdag 23 mei: stemmen, fietsen en mantelzorgen 

Wanneer we opstaan zijn we rijk: de SVB heeft vakantiegeld overgemaakt. Beetje vreemd “vakantiegeld” voor iemand die het hele jaar vakantie heeft, maar daarover heb ik in dit blog al eens eerder zitten zeuren. Pik binnen, al is het geen winter. 

Even stemmen in Lichtenvoorde, handig als je dan het autootje bij je hebt. Voor de zekerheid hebben we beiden de stemwijzer maar ingevuld (overigens pas NAdat we een hokje rood hadden gemaakt). Blijkt achteraf dat we beiden het potlood goed hebben gehanteerd, een hele geruststelling. Ik hoor mijn broer nu zeggen "Stelletje salonsocialisten".
Een klein fietstochtje door de omgeving, onder andere om bij een camping in de omgeving een arrangement te boeken voor de Fietsvierdaagse van Winterswijk, een spektakel dat altijd in de laatste week van juni gehouden wordt. Afgeweken van de gebaande paden kwamen we aan het eind van de tocht nog langs een voor ons onbekend vijvertje van hengelsportvereniging De Karper, namelijk het Kloosterveld. Mooi plekje. 



De namiddag aandacht besteed aan onze twee oude moeders. ’s Avonds met zijn tweetjes de uitzending van Pauw met het debat tussen Baudet en Rutte teruggekeken. Vlotte 4G-verbinding hier in het buitengebied en (nog) genoeg GB-tjes om te verstoken. 

vrijdag 24 mei: fietsen langs de grens 


Een leuke fietstocht gevonden met als werktitel “conflicten in coulisseland”, een tochtje ruwweg van Meddo naar Oeding, Voor een groot deel bekende weg, maar met een nieuwe invalshoek: geocachen. Met onze telefoon als gps op zoek naar “verborgen schatten” en inderdaad: we hebben er een paar gevonden. De eerste (gevonden door W) moest op de foto. 

Fietsen in de Achterhoek betekent afwisselend verharde en onverharde wegen. Heb ooit eens gelezen dat zandwegen eigenlijk per ongeluk niet geasfalteerde wegen zijn, maar die uitspraak gaat me een beetje te ver. Zandwegen hebben in de Achterhoek een grote rol gespeeld. In tegenstelling tot andere delen van Nederland kenden we in deze regio amper vervoer over het water. Dus hadden zandwegen de vervoersfunctie: verbindingswegen tussen dorpen, kerkepaden voor de zondag, veedriften om schapen, koeien en geiten naar de weilanden te leiden en niet te vergeten de snelwegen van toen: de hessenwegen die vooral gebruikt werden door rondreizende handelaren en vrachtrijders. Daarnaast bestonden er nog talloze doorgaande wegen die gebruikt werden door marskramers en voor personen- en postvervoer. En dan had je nog de statige lanen rondom de vele buitenplaatsen in deze streek, aangelegd en beheerd door de bewoners. Zandwegen: stoffig in de zomer en modderig in de andere jaargetijden. Rond 1855 is men begonnen met het stelselmatig verharden van deze wegen. Eerst werden de Rijkswegen voorzien van klinkers (de weg van Zutphen via Winterswijk naar Pruissen, de huidige N319, werd al tussen 1826 en 1830 van straatstenen voorzien). Lokale landheren wilden hiervoor niet onder doen en gingen graag mee met de moderne tijd door de wegen naar hun landgoed ook te voorzien van klinkerbestrating. Aan het eind van de 19e eeuw kwam de verharding op een laag pitje te staan, maar na de Tweede Wereldoorlog verdween de ene na de andere zandweg. Gelukkig hebben we er in de Achterhoek nog een groot aantal over. Mijn billen (en nog wat andere niet nader te noemen lichaamsdelen) hebben het niet zo begrepen op klinkerwegen. Geef mij maar asfalt of verhard zand.

Weer een leuk tochtje. We kwamen onderweg nog een mooi stulpje tegen. Wel een opknappertje en met nog een probleem: het staat niet te koop.