noordpolderzijl

noordpolderzijl

dinsdag 21 mei 2019

opa- en omaweekend nkc 

Het evenemententeam Noord van de NKC organiseerde op natuurkampeerterrein de Veenkuil in Bant (Noordoostpolder) een weekend voor opa’s, oma’s, kleinkinderen, campers en tentjes. Een goede organisatie, leuke activiteiten en het prachtige weer zorgden voor een zeer leuk weekend. Zijn er maars te vinden? Natuurlijk: een slecht bereik voor onze mobiele telefoons en geen stroom (de koelkast mocht op gas), peanuts. Kleinzoon Q heeft genoten, dus opa en oma ook. 

vrijdag 17 mei: @ bant 

Op weg naar Bant stonden er twee bucketlistafstrepers op het programma: het kasteel van Cannenburgh in Vaassen en de stormvloedkering Ramspol. 


Er heeft bij kasteel Cannenburgh (je komt ook de schrijfwijze Cannenburch tegen) bij Vaassen een paar jaar een leuke camperplaats bestaan. In 2016 werd deze (evenals de cp van Epe – zelfde gemeente) opgeheven, omdat volgens het college “de campermarkt zo hard groeit dat de markt het op kan pakken”. Een paar jaar eerder vond het college dat de aanwezigheid van een camper 65 € per dag opleverde voor de plaatselijke middenstand en het dus hoog tijd werd om een paar (gratis) camperplekken aan te leggen. Het schijnt dat de Recron weer goed gelobbyd heeft. 


Maarten van Rossum kocht halverwege de 16e eeuw de ruïnes van een middeleeuws kasteel en liet op de fundamenten een kasteelachtig buitenhuis bouwen: het pandje had geen verdedigingsfunctie dus kon er volstaan worden met “dunne” muurtjes. Onze gevreesde Gelderse legeraanvoerder die door zijn plunderingen en brandstichtingen de bijnaam “de Gelderse Atilla” kreeg, kon het lintje niet zelf doorknippen: hij stierf aan de pest. Omdat hij door al dat vechten geen tijd had gehad om voor nageslacht te zorgen, overleed de goede man kinderloos en ging de erfenis naar zijn neef Hendrik van Isendoorn à Blois die het bouwsel liet voltooien. De Isendoorns hielden het zo’n 300 jaar in Vaassen vol tot de familie bij gebrek aan nazaten uitstierf. Het kasteel werd daarna een paar keer verkocht en na de Tweede Wereldoorlog werd het door de Nederlandse Staat geconfisqueerd want het was inmiddels in Duitse handen geraakt. In 1951 moest de minister van het gebouw af en werd het voor het symbolische bedrag van 1 gulden verkocht aan de Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen onder de voorwaarde dat het pand een stevige renovatie zou ondergaan. Op de website staat nu als eigenaar vermeld Stichting Geldersch Landschap/Geldersche Kasteelen. Sprake van een fusie of zo. Mooi pandje, we mogen er met onze museumkaart gratis in, toch maar eens doen.


Vervolgens verder naar de plek waar het Kampereiland (in Overijssel) en de Noordoostpolder elkaar raken: Ramspol. De overgang van het Ketelmeer naar het Zwarte Meer is een unieke locatie: hier ligt namelijk Stormvloedkering Ramspol, de enige stormvloedkering ter wereld in de vorm van een balgstuw. De balgstuw bestaat uit drie “reuzeballonnen” die bij hoog water (in combinatie met een sterke noordwestenwind en de daarbij horende stroming landinwaarts) “opgeblazen” worden: elke ballon wordt gevuld met 3.500.000 liter water en 3.500.000 liter lucht, waardoor het condoompje-in-maxi-uitvoering de waterweg volledig blokkeert. Al jaren (opening december 2002) knalde ik aan de stuw voorbij, maar sinds de aanleg van de nieuwe brug is de balgstuw goed bereikbaar (wordt niet aangegeven, dus je hebt een gedetailleerde kaart, Google Maps of – nog beter – OpenStreetMaps nodig). Dus deze keer was het raak. 

Aan de andere kant van het water (dus al in de Noordoostpolder) staat sinds 1957 uitkijktoren Ramspol. Normaal worden torentjes door mij niet meer beklommen, maar deze keer maakte ik een uitzondering om onder meer een mooi blauw busje te fotograferen. Dat mannetje in de struiken was aan het geocachen. De app heb ik al op mijn telefoon geïnstalleerd, dus binnenkort meer in dit theater over deze tak van sport. 






Vervolgens was het niet ver meer naar Bant, waar op de camping de bordjes met het blauwwitte logo van de NKC de juiste route aangaven. Op het Kuinderplasveld is in het hoogseizoen officieel plek voor tien kampeereenheden, nu konden op het halve veld met gemak 20 campers (en bijna net zoveel kleine tentjes) staan. Natuurkampeerterrein de Veenkuil maakt deel uit van boswachterij het Kuinderbos (beheerd door Staatsbosbeheer), met 1200 ha het grootste aaneengesloten bos van de Noordoostpolder. De boswachterij is genoemd naar een oud Zuiderzeestadje, Kuinre, het bos is tussen 1949 en 1956 aangeplant op de voormalige zilte zeebodem. 

Oma kwam wat later want die mocht kleinkind Q van school halen (aan de andere kant van Nederland) en net toen ze haar beentjes wilde strekken na ruim vier uur autorijden mocht ze mee met een speurtocht langs houten kabouters en onder meer onze speurgroep vertellen waarom de afbeelding een ransuil toonde en geen kerkuil (natuurlijk vanwege de “oortjes”, maar dat wist je ongetwijfeld al). Een zelfgebakken broodje boven het kampvuur en een knakworstje van het Lidl-huismerk vulden de magen en na nog een spelletje SkipBo mocht kleinzoonlief samen met zijn negen knuffelpoezen (op een eigen kussentje!) zijn tent in. We hebben hem niet gehoord tot de volgende ochtend half negen. 



V: 134.971; A: 135.187 
Droog en temperatuur oplopend tot ruim 20 graden. 

zaterdag 18 mei: @ bant 

Het was een beetje doorwerken om op tijd deel te kunnen nemen aan de activiteit “waterdiertjes” zoeken. Boswachter Harco Bergman (begin mei van dit jaar nog met zoon Bertwin – boswachter op Vlieland – te zien op tv; terugkijken op binnenstebuiten.kro-ncrv.nl) begeleidde een groep kinderen in de leeftijd van 4 tot 8 en de daarbij behorende opa’s en oma’s in de leeftijd die je niet wilt weten op een tocht langs vennetjes, poelen en slootjes. Visnetjes vol met allerhande waterdiertjes was het resultaat en de inhoud ervan kwam in gekleurde emmertjes terecht. Voor de kinderen was het vissen belangrijker dan het begeleidende verhaal. 


’s Middags mocht de boswachter alweer optreden, nu als gids bij een bolderkartocht, een grote huifkar getrokken door een zo mogelijk nog grotere tractor. De tocht ging voornamelijk over zandpaden door het Kuinderbos, waarbij het ondersteunende verhaal van boswachter Harco vooral voor de ouderen interessant was (bijvoorbeeld dat raven weer sinds 2018 in het Kuinderbos voorkomen, nadat ze in 1944 in Nederland waren uitgestorven, halverwege de jaren 70 weer uitgezet werden en er nu zo’n 150 broedparen in Nederland zijn). Net op het moment dat iedereen dacht “en nu is het mooi genoeg geweest” stopte de kar, mochten de kinderen uitstappen, bloemetjes plukken en er een natuurschilderij van maken en werd aan de ouderen verteld dat er bij het herbebossen vooral loofbomen worden aangeplant en dat er zo min mogelijk dood hout wordt afgevoerd. Harco had ook nog een koffer met velletjes, slangen op sterk water, geweien, botten, tanden, poten, vleugels en meer van dat moois waarover hij interessante verhalen kon vertellen. 

Terug bij de Kuinderplas (een voormalige zandwinning waardoor een 5 meter diepe waterplas is ontstaan) mochten een aantal opa’s voor 80 personen pannenkoeken bakken. Er was maar één oma pannenkoekenactief: zij deed de coördinatie; waar is de tijd gebleven dat vrouwen volgens de Nederlandse wet handelingsonbekwaam waren? Verzin het niet zelf: het stond in het Burgerlijk Wetboek van 1838 en de regel is pas in 1956 ten tijde van kabinet Drees 3 geschrapt, maar ik dwaal nu ernstig af geloof ik. Er is door de heren aardig wat meel, melk, zonnebloemolie, suiker, stroop en jam verwerkt. Een drankje erbij en een ijsje toe. Feest dus! Warm: kortebroekenweer. 






zondag 19 mei: van bant naar zwillbrock 

Een knutselochtend: er kon van alles gedaan worden met hout. Uilen, kabouters, maar Q koos voor een nestkastje. Het duurde even voordat het bouwpakket van Staatsbosbeheer “droog” tot een vogelhuisje kon worden opgebouwd. Neem van mij aan dat het in elkaar zetten van een Billy van de Ikea een stuk gemakkelijker is (en de bouwtekening een stuk duidelijker). Met een beetje hulp van iemand die al jaren niets anders doet dan plankjes van Staatsbosbeheer ombouwen tot functionerende vogelhuisjes en een zeer verwoed spijkerende Q (en een opa die kromme spijkers recht mocht timmeren) was het resultaat redelijk te noemen. 

De tent was dan wel ingepakt, de camper uitgesopt, maar Q had nog geen tijd om te vertrekken. Samen met een paar andere “jonge onderzoekers” moesten er kikkers gevangen (en bekeken) worden. Gelukkig werden ze, nadat ze voorzien waren van een naam, weer in het vrije veld losgelaten. Schijnbaar had niemand wat opgestoken van het verhaal over het ringen van roofvogels, want de kwakertjes gingen zonder al te veel schade en/of aanvullende attributen de wijde wereld in. Tegen tweeën kon Q worden voorzien van een laatste setje schone kleren en mocht hij met oma mee naar het westen. Veel heeft hij van de rit niet meegekregen: de eerstvolgende polder heeft hij niet meer wakend meegemaakt om uiteindelijk net na het bordje bebouwde kom van Delfgauw de ogen te openen. 


Oma mocht in het westen blijven, want Q mocht afzwemmen. Opa heeft de bus nog even naar het Zwillbrock in Duitsland getuft. Lang kon er niet worden genoten van een boekje in een stoeltje buiten. Code geel was dan wel afgegeven, het bleef bij een stevig buitje en een kort klank- en lichtspel. En afgelopen met de hoge temperaturen: van 25 naar 19 in tien minuten. Gelukkig was er nog een herhaling van “We zijn er bijna” die bekeken moest worden. Beetje vreemd om te merken dat mijn begeleidende commentaar niet beantwoord werd door W, die overigens 180 kilometer verderop naar dezelfde uitzending-gemist keek op haar telefoon en zich verwonderde over het feit dat haar begeleidende commentaar niet beantwoord werd. 

V: 135.187; A: 135.357 

maandag 20 mei: @ home 

Niet te laat naar huis: een grondige schrobbeurt en schone kleren aan want het vrijwilligerswerk riep. Het lichtblauwe busje mocht ingeruild worden voor de donkerblauwe electrocar waarmee nog bejaardere bejaarden dan deze bejaarde naar winkels, dokters, kappers, bingo’s, gymnastiekclubjes en zo worden vervoerd. 

Een heel erg mooi weekend, op naar de volgende activiteit: de boerderij van broer/zwager en schoonzus bewaken. Binnenkort meer hierover in dit theater. 

V: 135.357; A: 135.376